Naam:
Email:
Artikels


ZUIDELIJK MEXICO: Een tocht door de staten Oaxaca en Chiapas
PDF Afdrukken E-mailadres

Feesten in Oaxaca...

Het populairste volksfeest dat in de zomermaanden wordt gehouden. heet "Guelaguetza". Op de twee maandagen na 16 juli verzamelen duizenden mensen zich in de hoofdstad om er onder de brandende middagzon de opvoering van de traditionele volksdansen uit de zeven regio's van Oaxaca bij te wonen. Het festival gaat terug op de oude indiaanse gewoonte om op dezelfde plaats en hetzelfde ogenblik een feest ter ere van de Maïsgod te houden. De opvoeringen gaan door in het immense openlucht-auditorium op de heuvel Cerro del Fortin aan de noordwestzijde van de stad. Een ander evenement is de Kerstwake, tijdens dewelke een lange processie wordt gehouden ter herinnering aan de tocht van Jozef en Maria naar Betlehem. Nog zo'n populair evenement is de Noche de los Rabanos (de Radijzennacht. 23 december) die aan de vooravond van de processie wordt gevierd op de zocalo. Boeren uit de omgeving verkopen dan figuurtjes op ingenieuze manier uit enorme radijzen gesneden. In Oaxaca worden elk jaar nog talloze andere - al dan niet religieuze - feesten gevierd. zeker rond Pasen en in november. Bij de Dienst voor Toerisme kan u terecht voor een jaarprogramma én een stadsplan.

Monte Alban

Officieel zou Monte Alban - een van de interessantste archeologische sites in Mexico - gesticht zijn in de 6de eeuw v. Chr. Maar rond de tempelstad werden overblijfselen gevonden die tot 1.500 jaar voor onze tijdrekening teruggaan. Het is eigenlijk niet geweten welke naam de Zapoteekse bewoners aan hun stad gaven. Mogelijk werd het centrum door hen "Heuvel van de Jaguar" genoemd. De Mixteken noemden Monte Alban "Yucucui", de "Groene Berg". De huidige benaming "Monte Alban", "Witte Berg", is afkomstig van de Spanjaarden. Bij de bewoners van de vlakten was de herinnering aan de Zapoteken die ooit Monte Alban hadden bewoond, nooit vervaagd. Boeren bleven door de eeuwen heen aangetrokken tot deze mysterieuze plaats. Ze gingen erheen om maïs te verbouwen tussen de heuvels die in de loop der tijden de tempels en gebouwen hadden overdekt. Af en toe haalde hun ploeg potscherven of beenderen boven die ze eerbiedig aan de rand van hun velden deponeerden. Monte Alban was al voor de komst van de Spaanse veroveraars verlaten. Sommigen hebben geopperd dat het gebied door een grote natuurramp werd getroffen die de inwoners op de vlucht joeg. Maar de lokale bevolking bestaat vandaag nog steeds voor een groot deel uit afstammelingen van de Zapoteken en Mixteken, wat vraagtekens oproept bij de stelling dat hun voorvaderen destijds de streek verlieten. De geschiedenis van de Monte Alban wordt opgedeeld in vijf fasen: het oudste gedeelte (Monte Alban I) dateert uit de periode 600-200 v. Chr. en draagt Olmeekse kenmerken. Over deze fase is weinig geweten. De stad beleefde het toppunt van haar bloei onder de Zapoteken, tussen 300 en 700 na Chr. (Monte Alban III) en telde op dat ogenblik zo'n 25.000 inwoners. Het merendeel van de gebouwen op de site dateert uit die periode. Rond 700 lieten de eerste tekenen van verval zich voelen. Geleidelijk aan werd Monte Alban verlaten. Rond 950 was de stad zo goed als leeg. De komst van de Mixteken in de 12 e eeuw bracht daarin weinig verandering. Zij gebruikten Monte Alban als begraafplaats voor hun hoogwaardigheidbekleders, maar vestigden zich er niet.

De Mixteken richtten elders nieuwe en kleinere centra op. Vooral in Yagul wordt de overgang van de Zapoteekse naar de Mixteekse cultuur treffend geïllustreerd. Naast nieuwe keramische motieven introduceerden de Mixteken het gebruik van metalen. Goud, zilver en koper werden gesmeed tot prachtige voorwerpen en sieraden. De schat van Tombe 7 (de mooiste van het Amerikaanse continent), die wordt tentoongesteld in het museum van Oaxaca, naast de Santo Domingokerk, zal iedereen overtuigen van het meesterschap van de Mixteekse edelsmeden. Het was trouwens de rijkdom aan juwelen op de site van Monte Alban die de begeerte van de Spaanse kolonisten opwekte en die tot de systematische plundering van de Mixteekse begraafplaatsen zou leiden. Tombe 7 bleef echter gespaard en werd pas in 1932 ontdekt. Ofschoon men uit de codices en oude kronieken met zekerheid weet dat zowel Mixteken als Zapoteken vlak voor de komst van de Spanjaarden door de Azteken werden onderworpen, resten er zeer weinig Azteekse overblijfselen. Slechts enkele sculpturen, teruggevonden onder de veel recentere bouwwerken als bijvoorbeeld de kathedraal van Oaxaca, getuigen nog van hun aanwezigheid. De onderlinge band tussen Zapoteken en de latere Mixteekse en Azteekse indringers was nooit hecht, ondanks diverse huwelijksverbintenissen. De kolonisatie van hun woongebied was voor de Spanjaarden dan ook geen zware opgave. Het gebrek aan eendracht tussen beide volken speelde de veroveraars in de kaart en zonder veel moeite slaagden ze erin om zich blijvend te vestigen. De opgravingen hebben slechts een gedeelte blootgelegd van Monte Alban dat zich ooit over meer dan 6,5 vierkante kilometer uitstrekte. Typisch voor de site is het ingewikkeld riolerings- en afwateringssysteem dat de Zapoteken ontwikkelden om het overtollige water te laten afvloeien. Aardverschuivingen ten gevolge van wateroverlast waren immers een frequent voorkomend probleem in dit regenrijke gebied. Een schril contrast met de sites op het rivierloze schiereiland Yucatan waar de Maya's hun kostbare ondergrondse waterreservoirs ("cenotes") als godheden vereerden.



Laatst aangepast op maandag, 05 april 2010 15:21