Naam:
Email:
Artikels


New York
PDF Afdrukken E-mailadres

UPPER EAST SIDE & MUSEUM MILE: grote diversiteit

Begin 19de eeuw was de Upper East Side een landelijk gebied met enkele boerderijen en weiden. Nu zijn de lanen die aan Central Park grenzen afgezoomd met peperdure appartementsgebouwen. Veel sterren uit de showbizz en andere rijke beroemdheden bezitten een appartement in een van de vaak beschermde gebouwen waar je niet zomaar kan binnenwandelen. In deze zone wandel je in een heus openluchtmuseum gewijd aan de (chique) architectuur van New York van het einde van de 19de eeuw tot 1959, het jaar dat het Guggenheim (het meest recente gebouw van de zone) de deuren opende. Fifth Avenue is afgezoomd met een aantal herenhuizen (bijvoorbeeld het pand dat de Frick Collection herbergt) en aantal van de eerste opbrengsteigendommen van het begin van de 20ste eeuw (bijvoorbeeld het pand met huisnummer nr. 998, op de hoek van 80th Street uit 1914) en prestigieuze musea in monumentale gebouwen die voorbeelden zijn van de stijlen die destijds “in” waren. Na El Museo del Barrio wandel je achtereenvolgens voorbij Museum of the City of New York (neogeorgiaans), Cooper-Hewitt National Design Museum (neoklassiek herenhuis, 1899-1903), National Academy of Design & School of Fine Arts (herenhuis uit 1914), het Guggenheim (1959), het Metropolitan Museum of Art (opgetrokken vanaf 1880) en de Frick Collection (1900). Elk van deze musea is een bezoek waard, maar als je een keuze moet maken zijn dit de aanraders…

Museum of the City of New York

Meer dan anderhalf miljoen voorwerpen (het is onmogelijk om alle objecten tegelijkertijd tentoon te stellen) vertellen hier de geschiedenis van de stad sinds de Hollandse periode. Je ontdekt soms bizarre voorwerpen als het slipje van een stripper uit de jaren 1930, voorwerpen die werden gebruikt door de pompiers en de eerste Barbiepoppen. Let zeker op de 6 herbouwde interieurs van New Yorkse panden (eind 17de-begin 20ste eeuw) met de slaapkamer van Rockfeller Sr en de afdeling “Toy Stories” met mooie, gemeubelde poppenhuizen.

Cooper-Hewitt National Design Museum

Minder bekend als de andere musea. Het grote herenhuis te midden van een tuin (zeer zeldzaam in Manhattan) met 75 kamers was destijds eigendom van industrieel en miljardair Andrew Carnegie. Het museum werd hier in 1976 ingericht en de collectie werd aanzienlijk uitgebreid met soms verrassende voorwerpen die zowel de wereld van de toegepaste kunsten, het industriële design, textiel en versieringen voor de muren illustreren. De permanente collectie omvat voorwerpen als knopen, computers, behang en manden voor honden… Het huis is een mooi voorbeeld van het comfort dat de rijken zich destijds konden veroorloven: een elektrische lift, airco en centrale verwarming. Snufjes die begin 20ste eeuw weinig in privé-woningen werden geïnstalleerd. Let er op de deur van het kantoor van Carnegie: de miljardair was waarschijnlijk zeer klein, want de deur is amper 1m60 hoog.

Frick Collection

Henry Clay Frick (1849-1919) werd geboren in een bescheiden gezin uit Pennsylvania en werd bediende. Vervolgens stortte hij zich op de ontginning van steenkoolmijnen, werd in een mum schatrijk (hij was miljonair voor zijn dertigste) en richtte de grootste staalfabriek van het land op. Frick kocht als groot kunstliefhebber schilderijen van beroemde meesters en verhuisde naar verluidt naar New York om zijn doeken veilig te stellen. Hij liet een enorm huis optrekken waar hij zijn uitgebreide en interessante collectie onderbracht. Omdat alle meubels van Frick er nog staan, ontdek je tijdens het museumbezoek hoe de rijke burgerij eind 19de eeuw leefde. Je kan er doeken van meesters als Boucher, Fragonard, Titiaan, El Greco, Ingres, Vermeer, Rembrandt, Van Dyck en Velasquez bewonderen.

Guggenheim Museum

Het gebouw van het Guggenheim Museum is een avant-gardistisch kunstwerk op zich. Frank Lloyd Wright ontwierp het opmerkelijke gebouw dat in 1959 de deuren opende. De architect stierf amper 6 maanden na de opening en Salomon Guggenheim overleed ook in 1959 maar dan voor het einde van de werken. Veel bezoekers bewonderen het gebouw meer als de collecties van moderne Europese kunst vanaf eind 19de eeuw en Amerikaanse schilders van na de Tweede Wereldoorlog. Met de ronde vormen, enorme 28 m hoge rotonde verlicht door een glazen koepel en schroefvormig hellend vlak van 400 m was, en is, het Guggenheim Museum een gewaagde constructie.

Metropolitan Museum of Art

Toen het Metropolitan Museum of Art in 1880 de deuren opende was het kleiner als nu. Het eerste gebouw van het museum werd mee ontworpen door Calvert Vauw (die ook plannen voor Central Park tekende) en was een constructie van rode baksteen in gotiekstijl. Het museumgebouw werd opgetrokken aan de rand van Central Park en werd als het ware verdrongen door latere constructies. Het grote gebouw met zuilenrij ontworpen door Richard Morris Hunt werd pas in 1902 gebouwd en de noord- en zuidvleugels dateren respectievelijk uit 1911 en 1913. Later werden er nog gebouwen aan het complex toegevoegd en nu is het MET het grootste museum van de Verenigde Staten en een van de meest uitgestrekte ter wereld. Er werd bijvoorbeeld een Egyptische piramide herbouwd in een speciaal ontworpen glazen zaal (1978). De eeuwenoude constructie stond in een vallei die nu onder het Nassermeer ligt door de bouw van de Assoeandam en werd door de Egyptische overheid aan de Verenigde Staten geschonken als dank voor de hulp tijdens het restaureren en redden van archeologische vindplaatsen. Alle departementen van het Metropolitan bezoeken, is onmogelijk. Zelfs de museumwinkel is een bezoek waard! Naast de Tempel van Dendur moet je zeker de herbouwde decors van een salon van een huis van Frank Lloyd Wright (in de Amerikaanse vleugel), de gevel van een gewezen bank in Wall Street (Engelhard Court), 7 zalen over evenveel herenhuizen opgesmukt met schilderijen van grootmeesters (Lehman-vleugel) bewonderen, maar ook de schitterende collectie van islamitische kunst. Breng zeker een bezoekje aan het dak met tuin en terras. Je geniet er van een bijzonder fotogeniek uitzicht op Central Park en de prachtige gebouwen die de groene oase afzomen.

LUXUEUS WINKELPLEZIER

Grand Army Plaza, met fontein (1915) en ruiterstandbeeld van generaal Sherman (1903), is de grens tussen de residentiële zone van Fifth Avenue en het zogenaamde “Shopping District” dat tot de Empire State Building reikt. Een aantal zeer chique (en peperdure) hotels vestigden zich reeds vroeg in deze zone die aan Central Park grenst: Pierre (1930), Sherry-Netherland (1927) en de aan het overkant gelegen Plaza (aan Grand Army Plaza) uit 1907 dat nu wordt omgebouwd tot een appartementsgebouw: het einde van een legendarisch hotel waar heel wat films werden ingeblikt (bijvoorbeeld “Home Alone”). De voetpaden van de laan zijn afgezoomd met luxe-boetieks. Om de aandacht van de voorbijgangers te trekken, moeten de uitstalramen zeer origineel zijn: afhankelijk van het “doelpubliek” werd voor minimalisme of pure kitsch gekozen. Een van deze parels is het uitstalraam van F.A.O. Schwarz, de speelgoedwinkel bij uitstek waar alle speelgoed naar verluidt door kinderen wordt getest voor het te koop aan te bieden. Het thema van de soms dolle versiering hangt af van de nieuwigheden, feesten en andere tijdelijke thema’s. Iets verderop ligt concurrent Disney Store die ondanks een klassieke look de kinderen blijft betoveren.

In deze zone hebben gebouwen van glas en staal in de jaren 1970 architecturale parels vervangen: Olympic Tower (1976) met watervallen en palmbomen, Trump Tower met gevel van getint glas (typisch voor de jaren 1980) en “trapvormige” gevel (het torengebouw herbergt een waterval van 5 verdiepingen, geparfumeerde lucht, muren van marmer en meer dan 200 appartementen die de optrekjes van de “rich and famous” zijn als Donald Trump in hoogsteigen persoon, maar ook sterren als Steven Spielberg voor wie het appartement “slechts” een New Yorks optrekje is…), Fortunoff (genoemd naar de befaamde juwelier) heeft een structuur van glas en staal en Takashimaya (1993) dat bijna “zen” oogt te midden van de drukke straten van New York. Tussen deze wolkenkrabbers staan gelukkig nog een aantal oude gebouwen. Zo kocht Cartier in 1917 een pand dat nog steeds als een renaissancepaleis oogt (op de hoek van 52nd Street). De bouwers van University Club (1899, aan 54th Street) kozen ook voor de Italiaanse renaissancestijl. Hotel St. Regis (1904, aan 55th Street) is een parel in beaux-artsstijl, The Crown Building (1921, ter hoogte van 57th Street) lijkt op een kasteel met vergulde versieringen, Saks Fifth Avenue (sinds 1922 een synoniem voor pure luxe), het Bergdorf Goodman (tussen 57th en 58th Street) is een klassieker voor liefhebbers van haute couture naast de legendarische juwelier Van Cleef & Arpels… Op de hoek van 45th Street staat de Fred F. French Building. Dit gebouw is niet zo bekend als de vorige, maar is het ontdekken waard. Bovenaan het gebouw merk je veelkleurige versieringen op die in de jaren 1920 veel werden gebruikt. Tussen 34th en 40th Street moet je zeker binnenstappen in een van de oudste departement stores (sinds 1826) van de stad: Lord & Taylor. Andere bezienswaardigheden, zij het van een ander genre, zijn Barnes & Noble en Brentano’s Bookstore: twee eerbiedwaardige boekenwinkels. De tweede zaak is bovendien gehuisvest in een schitterend gebouw ontworpen door Ernest Flagg die ook het Singer-gebouw in SoHo tekende. Het is een van weinige “cast iron facades” (gevel van staal gegoten in een atelier en die achteraf in de constructie wordt geschoven) buiten TriBeCa en SoHo.



Laatst aangepast op woensdag, 07 april 2010 09:14