Afdrukken
Tweet

New York

Fifth Avenue, de spiegel van Manhattan

Fifth Avenue, de Main Street van Manhattan, is de ruggengraat van New York. De laan loopt als een volmaakte rechte van Downtown naar Harlem en is de scheiding tussen het oosten en het westen van de stad. Fifth Avenue is 11 km lang en vertrekt aan de oevers van Harlem River naar Washington Square, de drempel van Greenwich Village. Onderweg loopt de mythische laan door buurten met een rijke geschiedenis en waar heel wat anekdotes te rapen vallen. De befaamde laan zoomt een kant af van Central Park met de meest luxueuze boetieks, een indrukwekkend aantal musea en beroemde hotels en biedt de bezoeker een mooi overzicht van de evolutie van de architectuur van de “Big Apple” en de huidige smaken, trends en modes in de meest kosmopolitische stad van de Verenigde Staten. Volg de gids!

Lower Manhattan (de benedenstad) is de bakermat van New York. De straten zijn er smal en vormen geen dambordpatroon als in Midtown en het noorden van de metropool. Het historische beginpunt van Fifth Avenue ligt in het zuiden van de stad, aan Washington Square, waar de laan naar de meer gegoede wijken van de stad vertrekt. De aanleg van de laan begon in 1824 en een kwarteeuw later was het reeds de meest chique straat van New York. De eerste luxueuze winkels vestigden er zich in deze periode en de residentiële wijk schoof op naar het noorden. Er staan zoveel statige herenhuizen en prestigieuze gebouwen dat Fifth Avenue de bijnaam Millionare’s Row kreeg. Nu kan je er nog een twintigtal 19de-eeuwse panden bewonderen en het is nog steeds een chique wijk. Dat de wijk aan de overkant van Central Park, de Upper West Side, en buurten als Harlem ondertussen trendy zijn, tastte het prestige van Fifth Avenue niet aan. In Midtown, de wijk tussen Central Park en de Empire State Building, bevinden zich nog steeds tal van luxueuze winkels van merkkleding, juweliers en boetieks van couturiers. Je kan er ook winkelen in de historische en peperdure “Department Stores” (grootwarenhuizen) en al even onbetaalbare hippe winkels. Fifth Avenue is meer, het is een van de culturele trekpleisters van New York: op een strook van een drietal kilometer bevinden zich enkele van de meest beroemde musea van de stad. De zone tussen het Museum of Modern Art en het Guggenheim wordt trouwens de Museum Mile genoemd. Tijdens je wandeling merk je de evolutie van de architectuur. Een aantal oude gebouwen in neorenaissance- en Queen Annestijl werden vervangen door “modernere” constructies als de “brownstones” (huizen in bruine zandsteen). Cast-irons (gebouwen waarvan een deel in gietijzer vooraf werd gemaakt en dat later in de structuur wordt gepast) en wolkenkrabbers vervolledigen de “collectie” nieuwe stijlen vanaf het eind van de 19de eeuw. Na de Tweede Wereldoorlog werden avant-gardistische constructies opgetrokken als het Guggenheim. Ondanks de veranderingen kan je langs Fifth Avenue nog steeds tal van parels bewonderen en natuurlijk klassiekers als het Metropolitan, de Empire State Building, de New York Public Library en de St. Patrick’s Cathedral. De protserige uitstalramen trekken alle aandacht en bezoekers vergeten vaak even omhoog te kijken om de prachtige gebouwen te ontdekken. Fifth Avenue is ook de plaats waar stoeten en andere optochten worden georganiseerd: kortom deze laan is een volwaardige bezienswaardigheid en een bezoek aan de verschillende wijken (die naadloos in elkaar overgaan, maar zeer verschillend zijn) duurt meerdere dagen.


HARLEM, het arme broertje…

Fifth Avenue begint aan de Harlem River, een rivier in het verlengde van East River voorbij Ward Island (tussen de Bronx en Harlem). Afgelopen jaren is er sprake van een “Harlem Revival”, een uitdrukking die in de jaren 1920 werd gebruikt voor de culturele ontwikkeling van de “zwarte stad”. Deze wedergeboorte is duidelijk voelbaar in heel de wijk, behalve de straten in het oosten van de buurt tussen 110th en 168th street. De grens van Central Park is het begin van de “zwarte wijk” die voor de jaren 1920 werd bewoond door politici en rijke families van joodse, Duitse en Ierse afkomst. Prestigieuze panden in Hamilton Heights en Audubon Terrace, de Columbia University en de omgeving van het Morningside Park getuigen van het glorierijke verleden van Harlem. Ondertussen hebben yuppies en andere golden boys hun intrek genomen in de wijk, zelfs ex-president Bill Clinton vestigde er zijn kantoor. Het Apollo Theater, waar tal van Afro-Amerikaanse sterren debuteerden, en 125th Street West werden in ere hersteld en zijn mooie uithangborden voor een wijk die te lang als “gevaarlijk” werd beschouwd door toeristen. Jammer genoeg ontsnapt een deel van de wijk aan deze herwaardering. In een aantal verloederde straten (bijvoorbeeld in de buurt van Harlem River) met mooie, maar niet-onderhouden gevels, merk je duidelijk dat Harlem met grote sociale problemen kampt. Je begint je wandeling door de buurt best ter hoogte van het Marcus Garvey Park (de naam van een pan-Afrikaans leider). Tussen East 120th en 124th Street, in het hart van het “historische Mount Morris-district” worden sinds een vijftiental jaar mooie “brownstones” gerenoveerd. De square ligt vlakbij Central Park (en 110th Street) aan de grens van Spanish Harlem waar vooral Latinos, Cubanen, en Dominicanen wonen. De Porto-Ricanen leven hoofdzakelijk ten westen van het beroemde park (denk maar aan “West Side Story”…). In het uiterste noorden van de Museum Mile kan je het interessante Museo del Barrio (de hele Spaanstalige wijk wordt “El Barrio” genoemd) bezoeken. Het museum is ondergebracht in een pand van grote architecturale waarde, want het is een van de laatste “gemeenschappelijke” huizen opgetrokken voor de komst van rijke burgers die er peperdure huizen lieten optrekken aan Fifth Avenue en Central Park.

CENTRAL PARK: Dr. Jeckyll and Mr. Hyde…

De groene long van Manhattan heeft naar verluidt 2 gezichten: schilderachtig en aangenaam overdag, maar te mijden na zonsondergang. Ontmoetingen met duistere figuren, moorden en aanrandingen zijn koren op de molen van de zogenaamde stadslegendes die niet allemaal ontsproten aan de verbeelding. Elke zichzelf respecterende New Yorker zal het je zeggen: je moet heel lichtzinnig zijn of zelfmoordneigingen vertonen om in het donker door Central Park te wandelen! Maar overdag zijn de 340 ha grasperken, tuinen, heuvels, rotsen, sportterreinen, bruggen (36), vijvers en meren een uitgelezen plek voor vrijetijdsactiviteiten. Joggers, fietsers en ruiters schuimen er dan de vele paden af. Het park bezit ook een theater, een kasteel in neogotiekstijl, een zoo, 84 monumenten, 2 schaatsbanen, een carrousel uit 1903 die in 1951 van Coney Island werd overgebracht, de grote Reservoir-vijver, de Tavern on the Green (een restaurant), maar ook fonteinen en standbeelden. Een deel van het Metropolitan Museum of Art ligt in Central Park. Niets in dit enorme park is puur natuur: in het midden van de 19de eeuw werd 20 jaar gewerkt aan de aanleg ervan. Het park werd met dynamiet uitgegraven (het grootste deel van de groene oase ligt lager als Fifth Avenue) in de rotsen en er werden bijna 5 miljoen bomen en planten geplant. De investering loonde de moeite: Central Park groeide in een mum van tijd uit tot de tuin van duizenden stedelingen die naar frisse lucht snakten. Naar verluidt ontvangt het park jaarlijks 20 miljoen bezoekers die er komen wandelen, kanovaren, picknicken, zonnen, schaatsen en deelnemen aan activiteiten en rondleidingen georganiseerd door de vereniging voor het behoud van Central Park.


UPPER EAST SIDE & MUSEUM MILE: grote diversiteit

Begin 19de eeuw was de Upper East Side een landelijk gebied met enkele boerderijen en weiden. Nu zijn de lanen die aan Central Park grenzen afgezoomd met peperdure appartementsgebouwen. Veel sterren uit de showbizz en andere rijke beroemdheden bezitten een appartement in een van de vaak beschermde gebouwen waar je niet zomaar kan binnenwandelen. In deze zone wandel je in een heus openluchtmuseum gewijd aan de (chique) architectuur van New York van het einde van de 19de eeuw tot 1959, het jaar dat het Guggenheim (het meest recente gebouw van de zone) de deuren opende. Fifth Avenue is afgezoomd met een aantal herenhuizen (bijvoorbeeld het pand dat de Frick Collection herbergt) en aantal van de eerste opbrengsteigendommen van het begin van de 20ste eeuw (bijvoorbeeld het pand met huisnummer nr. 998, op de hoek van 80th Street uit 1914) en prestigieuze musea in monumentale gebouwen die voorbeelden zijn van de stijlen die destijds “in” waren. Na El Museo del Barrio wandel je achtereenvolgens voorbij Museum of the City of New York (neogeorgiaans), Cooper-Hewitt National Design Museum (neoklassiek herenhuis, 1899-1903), National Academy of Design & School of Fine Arts (herenhuis uit 1914), het Guggenheim (1959), het Metropolitan Museum of Art (opgetrokken vanaf 1880) en de Frick Collection (1900). Elk van deze musea is een bezoek waard, maar als je een keuze moet maken zijn dit de aanraders…

Museum of the City of New York

Meer dan anderhalf miljoen voorwerpen (het is onmogelijk om alle objecten tegelijkertijd tentoon te stellen) vertellen hier de geschiedenis van de stad sinds de Hollandse periode. Je ontdekt soms bizarre voorwerpen als het slipje van een stripper uit de jaren 1930, voorwerpen die werden gebruikt door de pompiers en de eerste Barbiepoppen. Let zeker op de 6 herbouwde interieurs van New Yorkse panden (eind 17de-begin 20ste eeuw) met de slaapkamer van Rockfeller Sr en de afdeling “Toy Stories” met mooie, gemeubelde poppenhuizen.

Cooper-Hewitt National Design Museum

Minder bekend als de andere musea. Het grote herenhuis te midden van een tuin (zeer zeldzaam in Manhattan) met 75 kamers was destijds eigendom van industrieel en miljardair Andrew Carnegie. Het museum werd hier in 1976 ingericht en de collectie werd aanzienlijk uitgebreid met soms verrassende voorwerpen die zowel de wereld van de toegepaste kunsten, het industriële design, textiel en versieringen voor de muren illustreren. De permanente collectie omvat voorwerpen als knopen, computers, behang en manden voor honden… Het huis is een mooi voorbeeld van het comfort dat de rijken zich destijds konden veroorloven: een elektrische lift, airco en centrale verwarming. Snufjes die begin 20ste eeuw weinig in privé-woningen werden geïnstalleerd. Let er op de deur van het kantoor van Carnegie: de miljardair was waarschijnlijk zeer klein, want de deur is amper 1m60 hoog.

Frick Collection

Henry Clay Frick (1849-1919) werd geboren in een bescheiden gezin uit Pennsylvania en werd bediende. Vervolgens stortte hij zich op de ontginning van steenkoolmijnen, werd in een mum schatrijk (hij was miljonair voor zijn dertigste) en richtte de grootste staalfabriek van het land op. Frick kocht als groot kunstliefhebber schilderijen van beroemde meesters en verhuisde naar verluidt naar New York om zijn doeken veilig te stellen. Hij liet een enorm huis optrekken waar hij zijn uitgebreide en interessante collectie onderbracht. Omdat alle meubels van Frick er nog staan, ontdek je tijdens het museumbezoek hoe de rijke burgerij eind 19de eeuw leefde. Je kan er doeken van meesters als Boucher, Fragonard, Titiaan, El Greco, Ingres, Vermeer, Rembrandt, Van Dyck en Velasquez bewonderen.

Guggenheim Museum

Het gebouw van het Guggenheim Museum is een avant-gardistisch kunstwerk op zich. Frank Lloyd Wright ontwierp het opmerkelijke gebouw dat in 1959 de deuren opende. De architect stierf amper 6 maanden na de opening en Salomon Guggenheim overleed ook in 1959 maar dan voor het einde van de werken. Veel bezoekers bewonderen het gebouw meer als de collecties van moderne Europese kunst vanaf eind 19de eeuw en Amerikaanse schilders van na de Tweede Wereldoorlog. Met de ronde vormen, enorme 28 m hoge rotonde verlicht door een glazen koepel en schroefvormig hellend vlak van 400 m was, en is, het Guggenheim Museum een gewaagde constructie.

Metropolitan Museum of Art

Toen het Metropolitan Museum of Art in 1880 de deuren opende was het kleiner als nu. Het eerste gebouw van het museum werd mee ontworpen door Calvert Vauw (die ook plannen voor Central Park tekende) en was een constructie van rode baksteen in gotiekstijl. Het museumgebouw werd opgetrokken aan de rand van Central Park en werd als het ware verdrongen door latere constructies. Het grote gebouw met zuilenrij ontworpen door Richard Morris Hunt werd pas in 1902 gebouwd en de noord- en zuidvleugels dateren respectievelijk uit 1911 en 1913. Later werden er nog gebouwen aan het complex toegevoegd en nu is het MET het grootste museum van de Verenigde Staten en een van de meest uitgestrekte ter wereld. Er werd bijvoorbeeld een Egyptische piramide herbouwd in een speciaal ontworpen glazen zaal (1978). De eeuwenoude constructie stond in een vallei die nu onder het Nassermeer ligt door de bouw van de Assoeandam en werd door de Egyptische overheid aan de Verenigde Staten geschonken als dank voor de hulp tijdens het restaureren en redden van archeologische vindplaatsen. Alle departementen van het Metropolitan bezoeken, is onmogelijk. Zelfs de museumwinkel is een bezoek waard! Naast de Tempel van Dendur moet je zeker de herbouwde decors van een salon van een huis van Frank Lloyd Wright (in de Amerikaanse vleugel), de gevel van een gewezen bank in Wall Street (Engelhard Court), 7 zalen over evenveel herenhuizen opgesmukt met schilderijen van grootmeesters (Lehman-vleugel) bewonderen, maar ook de schitterende collectie van islamitische kunst. Breng zeker een bezoekje aan het dak met tuin en terras. Je geniet er van een bijzonder fotogeniek uitzicht op Central Park en de prachtige gebouwen die de groene oase afzomen.

LUXUEUS WINKELPLEZIER

Grand Army Plaza, met fontein (1915) en ruiterstandbeeld van generaal Sherman (1903), is de grens tussen de residentiële zone van Fifth Avenue en het zogenaamde “Shopping District” dat tot de Empire State Building reikt. Een aantal zeer chique (en peperdure) hotels vestigden zich reeds vroeg in deze zone die aan Central Park grenst: Pierre (1930), Sherry-Netherland (1927) en de aan het overkant gelegen Plaza (aan Grand Army Plaza) uit 1907 dat nu wordt omgebouwd tot een appartementsgebouw: het einde van een legendarisch hotel waar heel wat films werden ingeblikt (bijvoorbeeld “Home Alone”). De voetpaden van de laan zijn afgezoomd met luxe-boetieks. Om de aandacht van de voorbijgangers te trekken, moeten de uitstalramen zeer origineel zijn: afhankelijk van het “doelpubliek” werd voor minimalisme of pure kitsch gekozen. Een van deze parels is het uitstalraam van F.A.O. Schwarz, de speelgoedwinkel bij uitstek waar alle speelgoed naar verluidt door kinderen wordt getest voor het te koop aan te bieden. Het thema van de soms dolle versiering hangt af van de nieuwigheden, feesten en andere tijdelijke thema’s. Iets verderop ligt concurrent Disney Store die ondanks een klassieke look de kinderen blijft betoveren.

In deze zone hebben gebouwen van glas en staal in de jaren 1970 architecturale parels vervangen: Olympic Tower (1976) met watervallen en palmbomen, Trump Tower met gevel van getint glas (typisch voor de jaren 1980) en “trapvormige” gevel (het torengebouw herbergt een waterval van 5 verdiepingen, geparfumeerde lucht, muren van marmer en meer dan 200 appartementen die de optrekjes van de “rich and famous” zijn als Donald Trump in hoogsteigen persoon, maar ook sterren als Steven Spielberg voor wie het appartement “slechts” een New Yorks optrekje is…), Fortunoff (genoemd naar de befaamde juwelier) heeft een structuur van glas en staal en Takashimaya (1993) dat bijna “zen” oogt te midden van de drukke straten van New York. Tussen deze wolkenkrabbers staan gelukkig nog een aantal oude gebouwen. Zo kocht Cartier in 1917 een pand dat nog steeds als een renaissancepaleis oogt (op de hoek van 52nd Street). De bouwers van University Club (1899, aan 54th Street) kozen ook voor de Italiaanse renaissancestijl. Hotel St. Regis (1904, aan 55th Street) is een parel in beaux-artsstijl, The Crown Building (1921, ter hoogte van 57th Street) lijkt op een kasteel met vergulde versieringen, Saks Fifth Avenue (sinds 1922 een synoniem voor pure luxe), het Bergdorf Goodman (tussen 57th en 58th Street) is een klassieker voor liefhebbers van haute couture naast de legendarische juwelier Van Cleef & Arpels… Op de hoek van 45th Street staat de Fred F. French Building. Dit gebouw is niet zo bekend als de vorige, maar is het ontdekken waard. Bovenaan het gebouw merk je veelkleurige versieringen op die in de jaren 1920 veel werden gebruikt. Tussen 34th en 40th Street moet je zeker binnenstappen in een van de oudste departement stores (sinds 1826) van de stad: Lord & Taylor. Andere bezienswaardigheden, zij het van een ander genre, zijn Barnes & Noble en Brentano’s Bookstore: twee eerbiedwaardige boekenwinkels. De tweede zaak is bovendien gehuisvest in een schitterend gebouw ontworpen door Ernest Flagg die ook het Singer-gebouw in SoHo tekende. Het is een van weinige “cast iron facades” (gevel van staal gegoten in een atelier en die achteraf in de constructie wordt geschoven) buiten TriBeCa en SoHo.


MIDTOWN, contrastrijk

In het hart van het winkelparadijs staan enkele van de meest opmerkelijke gebouwen van New York: kerken, overheidsgebouwen en wolkenkrabbers die nu beschermde nationale monumenten zijn. De constructies werden allemaal tussen het midden van de 19de en het begin van de 20ste eeuw opgetrokken in een stijl die heel anders was dan de naburige gebouwen.

St. Patrick

Bij het begin van de bouwwerken waren de gelovigen naar verluidt niet te spreken over de gekozen plaats voor hun kathedraal. Volgens de kerkgangers lag het gebedshuis te ver van het centrum. Sindsdien veranderde er veel en nu lijkt het alsof de kathedraal achteraf netjes tussen de glazen torens en winkels werd neergepoot in de drukste wijk van de miljoenenstad. De bouwwerken van St. Patrick gingen in 1853 van start en de ontwerpers ervan lieten zich duidelijk door de kathedraal (Dom) van Keulen inspireren. Het is een van de oudste voorbeelden van religieuze (katholieke) neogotiekstijl in de Verenigde Staten. De glas-in-loodramen van de hoofdbeuk werden in Chartres en Nantes gemaakt. Kort erna werden andere kerken gebouwd aan Fifth Avenue, maar deze vallen amper op: St. Thomas (op de hoek met 53rd Street) en The Presbyterian Church (55th Street, 1875) zijn twee andere neogotische gebedshuizen. De tweede kerk is een van de laatste gebouwen opgetrokken met “brownstone”, de typische bruine bakstenen die eind 19de eeuw in Manhattan werden gebruikt. Opvallender en “recenter” is de Byzantijns ogende Emanu-El Temple (1929) ten noorden naast Central Park. De hoogte van de gevel laat de omvang van het kerkschip vermoeden, het is dan ook de grootste synagoge van de Verenigde Staten.

Rockfeller Center

Aan de overkant van St. Patrick staat het Rockfeller Center dat niet uit 1, maar uit meerdere gebouwen rond een esplanade (het Plaza). Dit grote plein is uitgegroeid tot een boegbeeld van Manhattan: vooral in de winter met de beroemde schaatsbaan onder het vergulde beeld van Prometheus. Het geheel van gebouwen werd in de jaren 1930, tijdens de economische crisis, opgetrokken en bestaat uit 14 gebouwen. Na de Tweede Wereldoorlog werden er nog eens 5 constructies aan toegevoegd en werd het een van de belangrijkste gebouwencomplexen van Manhattan. Aan de versieringen merk je duidelijk dat de art-decostijl zeer populair was ten tijde van de constructie van de eerste wolkenkrabbers. Let bijvoorbeeld op een bijzonder gestileerde, en 4 verdiepingen hoge, Atlas die de wereld torst. In de gebouwen bevinden zich kantoren, zetels van radio- en televisiezenders, restaurants (een van de etablissementen heeft een vloer die draait en je geniet er van een panoramisch uitzicht over New York) en cafés. Sinds 1931 kan je er tijdens de eindejaarsfeesten de hoogste kerstboom ter wereld komen bewonderen.

Empire State Building

Het Empire State Building (ooit was dit het hoogste gebouw ter wereld) telt 102 verdiepingen en 1.860 trappen. De antenne van bijna 60 m (22 verdiepingen hoog) werd later toegevoegd en zodoende was het torengebouw (nipt) hoger als de prachtige Chrysler Building die een jaar eerder werd afgewerkt in East 42nd Street. Sinds het instorten van de Twin Towers tijdens de aanslagen van 11 september 2001, geniet je op de uitkijkterrassen van het Empire State Building opnieuw van het hoogste 360°-uitzicht op de stad. Naar verluidt reikt het uitzicht bij mooi weer 120 km ver. Dit boegbeeld van New York werd eind jaren 1920 opgetrokken, een periode van economische bloei. De constructie van het Empire State Building was een staaltje van technisch vernuft dat mogelijk werd gemaakt door staal, elektriciteit en de uitvinding van de lift. In deze gouden periode schoten de wolkenkrabbers als paddenstoelen uit de grond op plaatsen met een ondergrond van graniet, het enige gesteente dat een stevige basis garandeerde voor de torenhoge constructies die de welvaart van New York moesten belichamen. Het gebouw werd in een recordtempo van anderhalf jaar opgetrokken, maar bij de afwerking ervan in 1931 verzandde de Amerikaanse economie in de zware economische crisis na de beurscrash die vele bedrijven ruïneerde en mensen tot de zelfmoord dreef. Huurders vinden in zo’n moeilijke periode was geen sinecure. Er werd een tijdlang overwogen om het terras ervan te gebruiken als start- en landingsbaan voor zeppelins, maar dit project werd afgeblazen. Uiteindelijk namen enkele kantoren en winkels hun intrek in deze constructie die kenmerkend is voor de art-decostijl van het begin van de jaren 1920. De altijd verlichte toren (behalve als de vogels op trek er voorbij vliegen om ze niet af te schrikken) hult zich in kleuren die bij de evenementenkalender passen (naar aanleiding van de nationale feestdag in juli hult het beroemde uithangbord van de stad zich in de kleuren van het Amerikaanse vlag: rood, blauw en wit).

New York Public Library

De bibliotheek in “beaux-artsstijl” lijkt op een Griekse tempel bewaakt door 2 leeuwen van marmer, en is de 5de grootste bibliotheek ter wereld (en de tweede grootste van de Verenigde Staten na de Library of Congress van Washington). Het in 1911 ingehuldigde gebouw aan Bryant Park is een van de belangrijkste monumenten van Manhattan. De enorme constructie is zeer groot, bijzonder elegant (of je nu al dan niet van overdadige versieringen, marmer en houtsnijwerk, muurschilderingen houdt) en herbergt een indrukwekkende collectie van 34 miljoen boeken (in 50 km rekken), 16 miljoen manuscripten, bijna 180.000 gedrukte documenten en 370.000 kaarten. Al deze schatten bevinden zich in het hoofdgebouw, daarnaast zijn er nog een honderdtal bijgebouwen in de verschillende wijken en voorsteden van New York.

The Flatiron Building

The Flatiron werd in 1902 afgewerkt en was een van de eerste wolkenkrabbers van New York en het hoogste gebouw (86 m) ter wereld voor de Chrysler Building en Empire State Building werden opgetrokken. De naam verwijst naar de driehoekige vorm van de constructie die op een strijkijzer leek met een punt van slechts 1m85 breed. Naar verluidt veroorzaakte de “aërodynamische” vorm van het gebouw een sterke tocht die de rokken van de voorbijgangsters in 23rd Streed deed opwaaien. Er stonden jarenlang 2 politiemannen die de gluurders op een afstand moesten houden… Het destijds omstreden gebouw is nu een van de meest originele monumenten van de “Big Apple” in een onlangs geherwaardeerde wijk die nu zeer trendy is.

WASHINGTON SQUARE, het begin van een ander New York…

De boog die de “toegangspoort” van het plein is, verving in 1895 een gelijkaardige “tijdelijke” constructie van hout die 6 jaar eerder was gebouwd om de honderdste verjaardag van George Washington te vieren. De square werd in 1826 gebouwd op een moeras van 3 ha dat achtereenvolgens diende als begraafplaats voor armen en terrein voor militaire parades. Een stuk van het plein is afgezoomd door de gebouwen van de New York University. Washington Square is de “speelplaats” van de studenten, maar je ontmoet er ook bewoners uit de Village en toeristen. Hier betreed je een ander Manhattan zonder straten met dambordpatroon noch architecturale eenheid. Deze zone heeft een bewogen geschiedenis achter de rug. Rijke burgers streken pas eind 18de eeuw in deze tot dan bescheiden wijk neer en bouwen er herenhuizen op ruime percelen. Deze constructies werden afgebroken toen Lower Manhattan te klein dreigde te worden door de enorme immigratiegolven. Ten noorden van Washington Square werden tussen 1831 en 1833 bijvoorbeeld 12 neoklassieke huizen van baksteen opgetrokken (de panden bestaan nog altijd) die het “burgerlijke” deel van het plein waren. De zuidkant van het plein was meer een volkswijk met lagere huurprijzen. Dit contrast bestaat nog steeds op architecturaal vlak, maar ook hier schoten de prijzen de hoogte in: de wijk is immers trendy geworden en supersterren als Richard Gere namen er hun intrek…. Er werd dus veel en overal gebouwd (de reden waarom hier geen rechte straten zijn) en rijke families leefden er naast arme gezinnen. De mix van statige herenhuizen en kleine panden verleent de buurt een speciale charme die een grote aantrekkingskracht uitoefende op kunstenaars die op hun beurt een grote rol speelden in de wedergeboorte van de buurt. De Village was in de jaren 1970 de trekpleister van de leden van de Beat Generation, er openden jazzclubs, kunstgaleries en “Off Broadway”-theaters waar avant-gardistische stukken werden (en worden) opgevoerd en groeide uit tot de thuishaven van de homogemeenschap en iedereen die tegen de gevestigde orde protesteerde. Nu is deze buurt een wereld apart in het hart van Manhattan waar naar verluidt de meeste restaurants en bars per m2 in New York zijn!


PRAKTISCH

Hoe ernaartoe?

Meerdere luchtvaartmaatschappijen vliegen vanuit Brussel rechtstreeks naar New York: De prijzen zijn afhankelijk van de vertrekdata, op sommige tijdstippen tijdens het laagseizoen betaal je minder als €500 (taksen inbegrepen). De luchthaven waar je landt is afhankelijk van de luchtvaartmaatschappij: JFK, Newark en La Guardia. Je kan naar Manhattan reizen met de trein, bus en privé-pendeldiensten. Taxi’s bieden een “flat rate” aan, d.w.z. een vaste prijs + de tol om de brug over te steken (reken op ongeveer US$50, zonder fooi).

Overnachten

In New York zijn er tal van hotels voor alle budgetten, maar op sommige tijdstippen is een hotelkamer vinden moeilijk (hoogseizoen, congressen en andere belangrijke evenementen). Je reserveert je verblijf best bij een touroperator die “à la carte”-hotels en arrangementen (vlucht + hotel) aanbiedt. Je kan je hotel ook on line kiezen en reserveren op www.connections.be

Time Out New York is een handige (Engelstalige) gids boordevol goede adresjes die jaarlijks wordt bijgewerkt.

Formaliteiten

Belgen hebben geen visum nodig, maar een paspoort met optische herkenning van tekens en digitale foto dat heel de duur van je verblijf in de Verenigde Staten geldig is. Je moet ook een retourbiljet en het adres van je hotel kunnen voorlegen. Bij de immigratiedienst tips moet je het groene formulier afgeven dat je in het vliegtuig krijgt (ingevuld, zonder doorhalingen). Vervolgens neemt men je vingerafdrukken en maakt een webcam een foto van je gezicht. Kortom, je staat best vooraan in de file als je uit het vliegtuig stapt. Opgelet: vanaf 12 januari 2009 moet je je op voorhand via internet inschrijven, in het kader van het nieuwe Electronic System for Travel Authorization (ESTA): esta.cbp.dhas.gov. Je vindt er een online formulier (vergelijkbaar met het document dat je aan boord van het vliegtuig ontvangt), dat je moet invullen om toestemming te krijgen (normaal gezien gebeurt dit redelijk snel). De registratie blijft 2 jaar geldig, op voorwaarde dat de geldigheid van je identiteitskaart niet voor die datum vervalt. Nog vragen? Daarmee kan je terecht bij de ambassade van de Verenigde Staten in Brussel: 02 5082111.

BEZIENSWAARDIGHEDEN

•Central Park Zoo: toegangsprijs, US$6 (korting voor kinderen). Alle dagen open van 10 tot 17 u (tot 16u30 van oktober tot april).

•Cooper-Hewitt, National Design Museum Ingang in 91st Street (hoek met 5th Avenue): US$12. Open van dinsdag tot donderdag van 10 tot 17 u, vrijdag van 10 tot 19 u, zaterdag van 10 tot 18 u en zondag van ’s middags tot 18 u. Info: www.cooperhewitt.org

•El Museo del Barrio 1230, 5th Avenue (hoek met 104th Street): US$6. Open van woensdag tot zondag van 11 tot 17 u.

•Empire State Building Op de hoek van 5th Avenue en 34th Street. Toegang tot het uitkijkterras op de 86ste verdieping (prijs: US$16). Toeslag voor de audiogids: US$6. Alle dagen open van 8 u tot middernacht (ticketbalie sluit om 23u15). Sta vroeg op, want er wacht je een lange file! Info: www.esbnyc.com

•Frick Collection Ingang in 70th Street (hoek met 5th Avenue): US$15. Open van dinsdag tot zaterdag van 10 tot 18 u en zondag van 11 tot 17 u. Gratis toegang (gift gewenst) zondag van 11 tot 13 u. Info: www.frick.org

•Guggenheim Museum 1071, 5th Avenue (hoek met 89th Street). Prijs: US$18. Gratis toegang (gift gewenst) vrijdag van 18 tot 20 u. Open van zaterdag tot woensdag van 10 tot 17u45 en vrijdag van 10 tot 20 u. Info: www.guggenheim.org

•Jewish Museum 1109, 5th Avenue (hoek met 92nd Street). Prijs: US$10. Gratis toegang (gift gewenst) donderdag van 17 tot 20 u. Open van zondag tot woensdag van 11 tot 17u45, donderdag open van 11 tot 20 u en vrijdag van 11 tot 15 u. Info: www.thejewishmuseum.org

•Metropolitan Museum of Art 5th Avenue (aan de overkant van 82nd Street). Prijs: US$15. Open van dinsdag tot donderdag en zondag van 9u30 tot 17u30, vrijdag en zaterdag open van 9u30 tot 21 u. Info: www.metmuseum.org

•Museum of the City of New York 5th Avenue (hoek met 103rd Street). Prijs: US$7. Open van dinsdag tot zondag van 10 tot 17u. Info: www.mcny.org

•Museum of Sex 233, 5th Avenue (op de hoek met 27th Street). Prijs: US$14,50. Open van zondag tot vrijdag van 11 tot 18u30, zaterdag van 11 tot 20 u. Info: www.museumofsex.com

•New York Public Library Gratis toegang alle dagen van 11 tot 17u30 of van 10 tot 18 u en zondag van 13 tot 17 u (afhankelijk van het departement). Op sommige weekdagen worden er gratis rondleidingen georganiseerd (vanaf 11u30).

Laatst aangepast op woensdag, 07 april 2010 09:14