Naam:
Email:
Artikels


VENEZUELA
PDF Afdrukken E-mailadres

Ten zuiden van de Lago de Maracaibo

Vanuit het oostelijker gelegen Merida, leidt de Transandine via El Vigia naar Colombia. Een kleine omweg langs Laguna de Urao is de gelegenheid om een fabriek van chimo te bezoeken. Je ontdekt er ook het enige meer van Venezuela dat de beroemde kristallen (van Urao) bevat die nodig zijn om de remedie tegen bergziekte te vervaardigen. Chimo moet je kauwen, maar de smaak is slecht en de geur vreselijk! Deze “eigenschappen” zouden zelfs slangen op een veilige afstand houden als wandelaars de chimo op hun schoenzolen kleven… De baan naar El Vigia loopt parallel met de Rio Chama door een adembenemend landschap van canyons. Op sommige plaatsen zijn de bergflanken bedekt met oerwoud. In El Vigia volg je de Panamericana tot Santa Barbara. De grens met Colombia is vlakbij (amper 3 uur rijden) en je ontdekt een nieuw landschap: de plantages van bananen en cacao maken plaats voor weiden met koeien en buffels die uit India werden ingevoerd. Het is er vlakker en het meer van Puerto Concha is vlak bij. Op dit meer kunnen de weinige toeristen een aangenaam tochtje kunnen maken aan boord van een motorbootje. Een mooie manier om de doolhof van waterwegen te ontdekken. Tijdens haltes kan je apen, verschillende vogelsoorten en zelfs zoetwaterdolfijnen zien. Onderweg scheuren boten voorbij met mannen die vissers en smokkelaars zijn en die hun gezicht verbergen achter een sjaal. Enkel hun zonnebrillen zijn zichtbaar… Zij komen van het meer en sommige zelfs uit Colombia (je hebt hier de noordkust van dat land bereikt). De Lago de Maracaibo is zeer uitgestrekt en versmalt aanzienlijk bij het naderen van de zee in Maracaibo. Aan de ingang van het meer staan de paalwoningen van de vissers en van de bewakers van dit natuurpark die de toeristen soms een toegangsgeld doen betalen (terwijl het meer een “gratis” bezienswaardigheid is). De rangers ontsnappen niet aan de corruptie… Je kan ook voort reizen naar het uiteinde van de rio: de rest van de wandeling is niet bijster boeiend. Verderop is de lago het territorium van de petroleummaatschappijen, want er werden in de jaren 1920 belangrijke olielagen gevonden…

Los Llanos

Als je door de Sierra Nevada van Merida komt, ontdek je eerst de staat Barinas, een gebied dat een oppervlakte beslaat bijna zo groot als België. De staat omvat een stuk van de Andes, maar vooral Los Llanos, een uitgestrekte vlakte dat op het grondgebied van verschillende staten ligt. Llanos strekt zich uit van de Andes tot de Orinoco en beslaat een derde van het Venezolaanse territorium. De bevolking leeft van de veeteelt en van de olie-industrie. In de zomer is het er warm en vochtig en de Llanos-vlakte is wat de pampa voor Argentinië en het wilde westen voor de Verenigde Staten zijn: een land van gauchos, de cowboys die hier de llaneros worden genoemd. Zij ontfermen zich over de kuddes runderen, paarden en hebben nog heel wat andere taken. Naar verluidt leeft 75 % van het Venezolaanse vee en slechts 10% van de bevolking in de Llanos. Bij een hato zoals Doña Barbara hoort 95.000 ha grond en elke koe kan er 1 ha gras grazen! In tegenstelling tot hun Texaanse collega’s, en ondanks hun uitgestrekte landgoederen, zijn de fokkers niet de rijkste grootgrondbezitters van het land. Barinas en San Fernando de Apure, de hoofdsteden van de gelijknamige staten, zijn de grootste agglomeraties van de landelijke streek. De eerste stad heeft bezoekers weinig te bieden. Enige “bezienswaardigheid” van Barinas is de zaterdagmarkt waar illegale cd’s met llaneros-muziek, fruit, een beetje groenten en rundvlees wordt verkocht. Zelfs de ogen van de runderen worden gegeten: de organen zouden de seksuele prestaties bevorderen…

De allesbehalve charmante stad ligt in de lager gelegen vlaktes in het westen. Een vlak gebied dat regelmatig blank staat. Ondanks het ogenschijnlijk weinig interessante landschap, leven hier veel diersoorten. De uitgebreide fauna is de grote attractie voor liefhebbers van duurzaam toerisme die steeds talrijker naar deze streek reizen. Je kan er verblijven in de weinig comfortabele hotels van Barinas, maar je kan ook kiezen voor een verblijf op het platteland in een hato. Tot voor kort was de veeteelt de enige inkomensbron van deze ranches. Ondertussen heeft een aantal van deze “boerderijen” zich ook op het toerisme gestort. Gasten van de hatos kunnen overdag aan een fotosafari deelnemen en ’s avonds van een traditionele maaltijd (gegrild vlees) genieten opgeluisterd door de muziek en dansen van de llaneros. Afhankelijk van de ligging van de hacienda kan je tijdens de uitstap met de vrachtwagen (uitgerust met bankjes) veel vogels observeren (zoals zilverreigers, witte reigers, rode ibissen en valken) en de chiguïres (ook capibaras genoemd), de grootste knaagdieren ter wereld die in het water leven (het beest kan tot een meter groot zijn en 50 kg wegen). Bij het einde van het regenseizoen als de caños (rivierarmen) nog bevaarbaar zijn, zie je ook kaaimans. Met een touroperator kan je ook piranha’s gaan vissen, gelukkig zijn deze vissen hier niet zo op vlees belust als hun soortgenoten in het Amazonegebied. Als het waterpeil van de rivier laag is en omdat de piranha’s dan moeilijk kunnen vluchten, zijn deze vissen makkelijke prooien voor vogels en hagedissen. Wie langer in Venezuela verblijft, kan voort reizen naar de oevers van de Orinoco en Amazonië waar je zelfs anaconda’s kan zien. Reden genoeg om de ontdekking van een uitgestrekt en ongerept gebied voort te zetten dat een van de vele gezichten van Venezuela is. Goede reis!



Laatst aangepast op woensdag, 07 april 2010 09:05