Naam:
Email:
Artikels


Vier dagen in Istanbul
PDF Afdrukken E-mailadres

Dag 4: een boottocht op de Bosporus

Op sommige plaatsen is de Bosporus meer dan vier kilometer breed: een gigantische afstand. Voeg daarbij het gebrek aan bruggen, het vreselijk drukke wegverkeer tijdens de spitsuren en je begrijpt waarom de vele ‘waterbussen’ en veerboten geen overbodige luxe zijn. Die pendelen tussen de twee oevers – en dus tussen Europa en Azië, en over de 31 km lange Bosporus, tussen de Zee van Marmara en de Zwarte Zee. De meeste pendelbussen en -boten beperken zich tot bepaalde wijken, anderen varen de hele Bosporus af, tot aan de Zwarte Zee. Reken zeker een volledige dag voor een boottocht langs de Bosporus, een lunchpauze van anderhalf uur inbegrepen (zie ‘praktische info’). Vooral de moeite hier zijn een paar prachtige paleizen en ‘yalis’, grote houten herenhuizen die her en der verspreid liggen langs de Bosporus. Het eerste paleis dat je tegenkomt is Dolmabahçe (bereikbaar met de tram, taxi of ferry: neem vanaf de aanlegsteiger tegenover het station Sirkeci de boot naar Uskudar, aan de Aziatische kant, en dan naar Kabatas. Het paleis bevindt zich op 100 m). De façade, 300 m lang, is van verblindend wit marmer, de steiger ervoor is nog eens zo lang. In het paleis bevonden zich de appartementen van de sultan, maar ook een paar administratieve ruimtes: hier werden ambassadeurs ontvangen en staatsaangelegenheden geregeld. Sultan Abdul Mecit liet het paleis halfweg de 19e eeuw optrekken, ter vervanging van het Topkapipaleis. Het gigantische barokke gebouw telt 285 ruimtes waaronder een ‘selamlik’, een administratief gedeelte dat uitsluitend toegankelijk was voor mannen, een harem, 6 hamams en meer dan 46 salons. Net als het Topkapi werd ook dit een museum. Het interieur, een mengelmoes van stijlen, is op zich alleen al een bezoek waard: extravagantie en luxe ten top. Het paleis bestaat uit drie delen (selamlik, harem, tuinen + twee paviljoenen, elk met afzonderlijk toegangsticket), die meestal met een gids bezocht kunnen worden. De prijs varieert dus naargelang het aantal delen dat u wil bezichtigen.

Na het Dolmabahçe vaart de boot langs het paleis van Ciragan, afgewerkt in 1874, twee jaar voordat de sultan die de opdracht gaf (Abdul Aziz) van de troon werd gestoten. Het gebouw onderging hetzelfde lot: na een brand begin 20e eeuw liet men het helemaal vervallen. Vandaag is er een hotel en casino in ondergebracht (en kan het dus niet bezocht worden). Oorspronkelijk waren de wijken langs de Bosporus dorpjes, die langzaamaan opgeslorpt werden door de om zich heen grijpende stad. Desondanks hebben veel plekken hun charme behouden. Een ervan is Ortaköy, aan de Europese kant. Naast een mooie moskee (Mecidiye Camii), telt het stadje een paar oude gerestaureerde huizen, een Grieks-orthodoxe kerk uit de 19e eeuw en een hamam uit de 16e eeuw. Met zijn vele cafés en restaurantjes is dit de ideale plek om even uit te blazen. Na de imposante Bosporusbrug volgt de ene ‘yalis’ na de andere. We komen aan in Arnavutköy, waar we een prachtig zicht hebben dat er op de rest van de tocht alleen maar beter op zal worden. In de Baai van Bebek liggen twee versterkte dorpen netjes tegenover elkaar, elk aan een andere kant van de rivier, vlak voor de Mehmet Fatih-brug en het dorp Emirgan (aan Europese kant). Ook hier is het de moeite waard om even te stoppen: er is een barokke moskee, naast tulpentuinen en Ottomaanse paviljoenen, gerestaureerd door de Touring Club. Yeniköy moet een van de lieflijkste plaatsjes langs de Bosporus zijn, voor Tarabya, Büyükdere en Sariyer, een belangrijke vissershaven die nog altijd actief is. Ter hoogte van de vesting van Anadolu Kavagi (aan Aziatische kant) keert de boot doorgaans terug. Van daaruit vaart hij langs Beykov, een ander vissersdorp waar vooral de visrestaurants druk bezocht zijn, langs Pasahahçe met zijn glas- en rakifabriekjes, langs Cubuklu, Kanlica en andere charmante plekken. Vanaf Kanlica volgen de ‘yalis’ elkaar langs de Aziatische oever op. Een laatste stop in Kuzguncuk, juist voor Usküdar, voor de definitieve terugreis naar Istanbul, en naar de Europese kant. In het voorbijvaren zie je nog een opvallende vuurtoren (de Leandertoren) die vaak op ansichtkaarten van de stad prijkt. Hebt u nog tijd over en schijnt de zon? Neem dan de boot naar de Prinseneilanden. De naam mag poëtisch klinken, de geschiedenis is dat iets minder. Vandaag vormen de eilanden echter een oase van groen en rust. Tenminste als de toeristen er niet en masse zijn neergestreken of de inwoners van Istanbul niet beslist hebben om er een feestje te bouwen.



Laatst aangepast op woensdag, 07 april 2010 16:24