Afdrukken
Tweet

POLEN

Warschau

Sinds de toetreding van Polen tot de Europese Unie, is Warschau een populaire bestemming voor de moderne citytripper geworden. En terecht, want Warschau is een bruisende metropool waar het aantal hippe boetieks, restaurantjes en cafés dat er elke maand zijn deuren opent, niet meer te tellen is. Met haar rijke geschiedenis, diepgewortelde religieuze traditie en duidelijk engagement voor een betere, groenere toekomst is Warschau een boeiende wereld vol contrasten, waar je de wat troosteloze boulevards, onpersoonlijke gevels uit het communistische tijdperk en glazen mastodonten van het moderne stadsgedeelte gelukkig snel vergeet. Volg de gids…

De rivier de Vistula (Wisla) snijdt Warschau in tweeën. Op de linkeroever in het westen, die veel uitgestrekter is dan de rechteroever, bevindt zich het eigenlijke centrum van de stad, met in het noorden de Oude Stad (Stare Miasto), de historische kern met wandelstraatjes. Hier bevindt zich zowat elke toeristische trekpleister, al zijn een aantal andere delen van de stad ook zeker een bezoekje waard. Stare Miasto werd in de Tweede Wereldoorlog zo goed als volledig verwoest, maar werd in zijn oorspronkelijke staat hersteld en prijkt nu op de Werelderfgoedlijst van de Unesco. Onze wandeling begint op het plein voor het Koninklijk Paleis (Zamek Krolewski), waar altijd een gezellige drukte heerst. Het Paleis werd ook helemaal verwoest, maar is voor een deel met de spaarcenten van de Poolse man in de straat weer heropgebouwd. Op de werf stond er immers jarenlang een enorme spaarpot waarin de mensen ‘hun steentje konden bijdragen’. Vandaag herbergt dit machtige bouwwerk een aantal adembenemende kunstcollecties en majestueus gemeubelde zalen. Eenmaal in de Oude Stad tref je de ene naast de andere gekleurde gevel aan, én restaurantjes met een traditionele kaart, zoals Karczma Gessler of Fukier (op het hoofdplein), waar je van de beroemde barszcz (rapensoep), zurek (zure soep), pierogi (ravioli) of bigos (zuurkool) kan proeven. Op het Rynek Starego Miasta, de plaatselijke ‘grote markt’, klinkt het gezellige geklepper van paardenhoeven en rijden koetsen met toeristen af en aan. De markt werd in haar oorspronkelijke 17de-18de-eeuwse staat hersteld en is een harmonieuze mengeling van architecturale elementen uit de gotiek, de Renaissance, de barok en het neoclassicisme, getuige een indrukwekkend aantal fresco’s, beeldhouwwerken en bas-reliëfs.

Hier ligt ook het Historisch Museum, waar je alles te weten komt over de tumultueuze en tragische geschiedenis van Warschau. Her en der in de omliggende straatjes ontdek je nog minder bekende, en dus heerlijk rustige pleintjes en binnenplaatsjes, de Johannes de Doper-kathedraal en een prachtig uitzicht over de Vistula (vanaf ulica Brzozowa). Als je de wandeling langs de oude stadswallen volgt, kom je op een gegeven moment bij de poort van de Barbacane, het oudste bastion in de dubbele omwalling rond de stad. Hier loop je de Nieuwe Stad (Nowe Miasto) in, die op het einde van de 14de eeuw buiten de muren werd gebouwd. Omdat Nowe Miasto het recht verwierf om zijn eigen rechtspraak en administratie te organiseren, lagen er, op 500 m afstand van elkaar, twee volwaardige steden, elk met hun eigen Grote Markt, stadhuis en parochiekerk. Als je de Fretastraat uitloopt, kom je op de beduidend rustiger en authentiekere Rynek van de Nieuwe Stad (Rynek Nowego Miasta). Niet zover daar vandaan, op het Krasinskiplein, bevindt zich het paleis met dezelfde naam, één van de mooiste barokke gebouwen van Warschau. Hier worden tot op vandaag de incunabelen van de Nationale Bibliotheek bewaard. In de negentiende eeuw was het park rond het paleis het drukst bezochte van de hoofdstad. Als je hier de richting van het Koninklijk Paleis uitloopt, kom je langs de Miodowastraat, een van de mooiste straten van de stad, waar de ene barokke parel naast de andere prijkt: paleizen, hotels en kerken uit de achttiende eeuw. Het grootste en meest verrassende bouwwerk is het Pac-paleis (Palac Paca) en zijn zuilengalerij in Empirestijl.

De koningsroute

De Trakt Krolewski of Koningsroute is een parcours van 4 kilometer tussen het Koninklijk Paleis en het Lazienki-paleis, het zomerverblijf van de koningen: drie lange straten in het verlengde van elkaar (Krakowski Przedmiescie, Nowy Swiat en Ujazdowski), die letterlijk bezaaid liggen met de prachtigste gebouwen: verschillende kerken en belangrijke bezienswaardigheden, zoals het Potocki-paleis (1740), waar het ministerie van Kunst en Cultuur is ondergebracht, en het neoclassicistische Radziwill-paleis (18e-19e eeuw), de huidige presidentswoning. Verderop ligt de universiteit van Warschau, die gehuisvest is in een hele groep gebouwen, waaronder het Palac Kazimierzowski uit 1634, dat ooit het zomerpaleis van de koning was en waar Chopin nog heeft gewoond. Interessant detail: op het dak van de universiteitsbibliotheek werd een tuin aangelegd, die vanaf maart open is voor het publiek. Als je voor het Staszic-paleis door loopt, kom je in de neoclassicistische Nowy Swiat (de Nieuwe-Wereldstraat), een van de aangenaamste en gezelligste straten van de stad. Je vindt er de mooiste apotheek van Polen in neogotische stijl (1851), voor het Branicki-paleis (19de eeuw), op de hoek met de Smolnastraat. De hippe boetieks, restaurants en cafés die er de laatste jaren in dit deel van de Nowy Swiat, en dan vooral in de Chmielna- en Foksalstraat, zijn bijgekomen, zijn niet meer te tellen. Op het Driekruizenplein (Plac Trzech Krzyzy) troont een kopie van het Pantheon van Rome: de St.-Alexanderkerk uit de 19de eeuw. Vandaar leidt de Koningsroute langs de mooie Ujazdowskilaan, die de bijnaam ‘de groene salon van Warschau’ heeft, omdat ze vol staat met statige hotels, ambassades en andere aristocratische villa’s in prachtige tuinen. Voor je bij het Lazienki-paleis bent, kom je nog langs het barokke Ujazdow-kasteel (1620) dat jammer genoeg van zijn park is gescheiden door een snelweg. Twee grote gebogen trappen leiden van het kasteel naar een kanaal dat uitmondt in de Vistula. Na zijn wederopbouw werd het kasteel een magistraal centrum voor moderne kunst. Een beetje verderop leiden de Ujazdowlanen naar het Belvédère-paleis (Belweder), dat zijn naam dankt aan het prachtige uitzicht dat het op het park biedt. Het werd gebouwd in het begin van de 19de eeuw en veranderde verschillende keren van look en bewoners voor het de officiële presidentsresidentie werd, dat het tot in 1944 is gebleven. Nu staan we voor het Lazienki-park, een van de mooiste groene ruimtes van Warschau, met haar ‘Paleis op het water’(op een eilandje), haar Oude Orangerie (een mooi theater) en het restaurant van de Nieuwe Orangerie. ’s Zomers word je er elke zondag vergast op een gratis openluchtconcert…

De onuitwisbare sporen van het getto

Meer naar het noorden van de stad, rond het Grzybowskiplein, ligt de oude jodenwijk van Warschau, dat voor de genocide 380.000 joden telde. In 1943 werd de hele buurt met de grond gelijk gemaakt. Het enige wat overbleef, waren twee stukjes muur (ter hoogte van Siennastraat 55/59 en Zlotastraat 64). Hier werd een gedenkteken opgericht. Dat is meteen ook het vertrekpunt voor een ‘herdenkingsroute’ die wordt bewegwijzerd met 16 granieten gedenkstenen die elk gewijd zijn aan een tragische gebeurtenis en een beroemd slachtoffer. Ook zeker een bezoek waard: de kleine synagoge Nozyk (Twardastraat 6) die op miraculeuze wijze werd gespaard, en een eindje verderop het Joodse Theater van Europa (Teatr Zydowski, Grzybowskiplein 12, www.1944.pl), waar je naast een heleboel historische feiten ook alles te weten komt over het dagelijkse leven uit die tijd. En wat is er in deze wijk van het oude getto passender om de dag mee af te sluiten dan een traditioneel joods gerecht, bijvoorbeeld in restaurant Pod Samsonem, Fretastraat 3-5.

Aan de overkant van de rivier: de bruisende Praga-wijk

Aan de andere kant van de Vistula, een eind uit het centrum en dus een stuk minder gekend, ligt de oude arbeiderswijk Praga, die een heel andere kant van Warschau laat zien. Deze meer volkse buurt is weliswaar niet zo rijk aan monumenten en ander architecturaal erfgoed, maar kan het zich net daarom wél veroorloven om mee te gaan met zijn tijd: hier duiken geregeld nieuwe hippe restaurantjes en kunstgaleries op. De belangrijkste winkelas is de Targowastraat. Hier vind je zowel moderne shoppingcentra als oosters aandoende bazars terug, waaronder openluchtbazar Rozyckiego met zijn doolhof van kraampjes.

Uitstapjes buiten de stad

Als je alle klassiekers van Warschau hebt bezocht en de nieuwste cafés en hippe restaurantjes van de moderne wijken hebt getest, kan je met een uitstapje naar domein Wilanow nog even ontsnappen aan de drukte van stad. Het ligt zo’n acht kilometer van het centrum, maar is heel makkelijk bereikbaar met de bus of de taxi. Op dit domein vind je een barok paleis uit de 17de eeuw, tuinen in heel diverse stijlen – een Engels-Chinese, bijvoorbeeld – en een heel interessant Affichemuseum (Muzeum Plakatu). En aangezien 2010 het Chopinjaar wordt, is een ommetje langs Zelazowa Wola, op 54 km van de hoofdstad, misschien ook een leuk idee (je neemt in het centraal station van Warschau de trein naar Sochaczew en in Sochaczew een bus naar het museum). Daar staat in het midden van een prachtig park het geboortehuis van de componist. Het is gerestaureerd en verbouwd tot museum. In de lente en de zomer heb je veel kans dat je bezoek wordt opgeluisterd door een concert…


Wroclaw

Met zijn 650.000 inwoners is Wroclaw, de hoofdstad van Neder-Silezië, de vierde grootste stad van Polen en een van de belangrijkste universiteitssteden. De stad ligt aan de voet van de Sudete, waar de Oder zich opsplitst in verschillende armen en 12 eilandjes vormt. Wroclaw heeft dan ook niet minder dan 112 bruggen, genoeg om haar de bijnaam ‘Venetië van Polen’ op te leveren. Wroclaw heeft een rijke geschiedenis die teruggaat tot de middeleeuwen en is dan ook de trotse eigenaar van een uitzonderlijk patrimonium, dat haar een van de mooiste en oudste steden van het land maakt. Bovendien is Wroclaw een belangrijk cultureel centrum, waar het hele jaar door een hele reeks muzikale en artistieke evenementen plaatsvinden, zoals het befaamde Wratislavia Cantans Festival…

De meeste van de vele bezienswaardigheden in Wroclaw liggen in het oude stadsgedeelte, dat wordt begrensd door de Oder en de oude stadswallen met de Fosa Miejska, dat vroeger de slotgracht vormde. Het hart van het historisch centrum is de Rynek, een enorm plein waarop het stadhuis met zijn prachtige gevel de grote blikvanger is. De mooie zalen van het stadhuis worden gebruikt als tentoonstellingsruimte waar de collecties van het Stadsmuseum en tijdelijke exposities te bewonderen zijn. Dit deel van de Rynek telt ook een heleboel wijnkelders en restaurants (vandaar zijn bijnaam ‘de gouden bekers’), waaronder een van de oudste bierkelders van Europa (Piwnica Swidnicka). Op een hoek van het plein leidt de Poort met Zeven Wielen naar het smalle Psie Budystraatje, dat volledig in zijn oorspronkelijke staat werd hersteld om de sfeer van de middeleeuwen weer op te roepen. Op een boogscheut van dit straatje bevindt zich de Ruskastraat, waar vroeger de ene herberg naast de andere lag voor handelaars die naar de stad afzakten. Vandaag is het de straat van de banken en chique boetieks. Voor een sterrenrestaurant of een deftige bar moet je dan weer op het Solnyplein zijn. Op de noordwestelijke hoek van de Rynek, de hoek van de Odrzanska- en Mikolajastraat, lagen er vroeger een kerkhof en gotische huisjes, waar er nu nog maar twee van over zijn. Ze zijn naar twee meisjes vernoemd: Jas & Malgosia. Een van de twee herbergt een kunstenaarsatelier.

De Sint-Elisabethkerk ernaast is ook meer dan een bezoekje waard. De buitenkant van dit gebouw is vrij recent (omdat er een paar keer brand is uitgebroken), maar het gotische interieur herbergt nog een paar authentieke graftombes en als je er de moed voor hebt, kan je je aan de klim van 365 treden in de klokkentoren wagen, waar je helemaal boven een heus panoramisch terras wacht met een fantastisch uitzicht over de hele stad! In dezelfde buurt ligt de Jatkistraat met zijn ‘Antieke Slagerijen’, houten winkeltjes uit de 14de eeuw. Hier verkocht men vlees van mindere kwaliteit, zoals gevogelte of schapenvlees. Nu huizen er galerietjes van lokale kunstenaars. Een eindje verder naar het westen, buiten de muren van de binnenstad, brengt een kleine omweg je naar het oude arsenaal in renaissancestijl. Het werd gebouwd in 1459 en herbergt nu het Wapen- en Archeologiemuseum, dat alleen al voor zijn magnifieke zalen en prachtige binnenplein een bezoek meer dan waard is. Als je de Rynek in oostelijke richting verlaat, kom je langs de Ste.-Madeleinekathedraal, de kathedraal van de Poolse Katholieke Kerk, die ook een uitstekende concertzaal blijkt te zijn (hier wordt het Wratislavia Cantans Festival voor klassieke muziek gehouden). Bovenop de heuvel ligt het beroemde ‘Panorama van Raclawice’. Op de rotonde van het panorama staat een 120 m lange afbeelding van de slag van Raclawice, die in 1894 door een kunstenaarscollectief werd gemaakt. Maar deze heuvel is ook gekend voor zijn Slowackipark, een van de vele groenzones van Wroclaw (de stad wordt trouwens de groenste van Polen genoemd, omdat ze maar liefst 25 m2 groene ruimte per inwoner telt!). Het Slowackipark werd in de 18de eeuw midden in de stad aangelegd, en herbergt ook een authentieke Japanse tuin.

In de omgeving vind je nog twee gebouwen die vrij uniek zijn voor Polen: het Architectuurmuseum en het Museum van de Post en Telecommunicatie. Een wandeling langs de rivier leid je langs nog een aantal mooie plekjes: de straatjes die langs de stadswallen en een oude vesting (Wzgorze Polski) lopen, bieden een adembenemend uitzicht op de bruggen naar de eilandjes, terwijl de Hala Targowa onder een vreemde structuur van beton en paraboolvormige bogen een overdekte markt herbergt. Als je voorbij de St.-Vincent en St.-Mattheuskerk loopt, kom je bij de Ossolineumbibliotheek, waarvan de boekenverzameling tot de rijkste van Polen behoort. Maar dé blikvanger van de buurt is de Leopoldinezaal van de universiteit (17de eeuw), zonder enige twijfel de mooiste barokke zaal van het land! Ga zeker ook eens een kijkje nemen in de oude apotheek, het Grote Portaal met gesculpteerd balkon, de gigantische barokke fresco’s aan de grote trappen, en vergeet niet naar de top van de Wiskundetoren te klimmen voor alweer een onvergetelijk uitzicht op de oude stad... Maar je bezoek aan Wroclaw zou niet compleet zijn zonder een wandeling op de eilandjes die in de 11de eeuw de bakermat van de stad vormden en waar je makkelijk via de vele bruggen naartoe kunt: het grootste eiland, het Zandeiland, met zijn imposante kerk (in een van de zijkapellen staat een tableau vivant van de kribbe), het Malt- of Moleneiland… De Tumskibrug, ten slotte, brengt je naar de noordelijke oever, waar je de kerk uit de 14de eeuw met twee verdiepingen, respectievelijk gewijd aan het Heilig Kruis en St.-Bartolomeus niet mag missen. Via de Katedralnastraat, aan weerszijden geflankeerd door renaissancegevels, kom je bij de Johannes de Doper-kerk, waarvan de huidige gevel trouw aan de 14de eeuw gerenoveerd werd. Binnenin huist er een heus museum van religieuze kunst en leiden de trappen van het klokkenhuis naar, wederom, een prachtig uitzicht op Wroclaw. Deze oever is twee groenzones rijk die je zeker gezien moet hebben: de Bisschoppelijke Tuinen, aan de oever van de Oder en de Botanische Tuin van de universiteit, die in 1811 werd aangelegd. En dan is er nog de stadswallenroute, die ten zuiden van het historische centrum langs de slotgracht start. Het is niet alleen een wandeling in de natuur, ze leidt je ook langs een aantal interessante bouwwerken, zoals de Opera of de Monopol, de oudste handelsgalerij van Wroclaw. Nog even vermelden dat er in Wroclaw ook een leuke themawandeling is uitgestippeld, waar 92 kaboutertjes je de weg wijzen langs grappige en bizarre plaatsen. Een superleuke stadsrally voor groot en klein!


Gdansk

Gdansk, dat strategisch gelegen is aan de Baltische Zee, bij de monding van de Vistula, was lang de Principaalstad van Pomerania. Ze maakte immers deel uit van de Hanzesteden, een van de machtigste verbonden tussen handelssteden, van de middeleeuwen tot de 17de eeuw. Maar de Tweede Wereldoorlog was nog niet goed begonnen of de Duitsers maakten deze stad met de grond gelijk. Ze werd grotendeels heropgebouwd, maar getuigt op heel veel plaatsen nog van haar turbulente verleden. We kennen Gdansk vooral als de wieg van het ‘Solidarnosc’ van Lech Walesa in de jaren ’80, maar vandaag is de stad een zeer gegeerde bestemming voor hippe citytrippers geworden, omdat ze zo verrassend en charmant is. Indrukwekkende poorten bewaken de ingang van de Principaalstad (Glowne Miasto) waarvan de Hogepoort (Brama Wyzynna), en, vlak daarachter, de Gouden Poort (Zlota Brama) rechtstreeks uitgeven op de Koningsweg, die net zoals in Praag dezelfde route volgt als de koning bij zijn bezoeken aan de stad. De meeste belangrijke gebouwen liggen langs de twee straten die de Koningsweg vormen (de Lange Straat (ul. Dluga) en de Lange Markt (Dlugi Targ)): het prachtige Ambermuseum (‘het goud van de Baltische Zee’, dat zowat overal te koop is) dat gehuisvest is in een voormalige gevangenis waarvan de cellen nog zichtbaar zijn; het Stadhuis (Ratusz, 14de eeuw), dat het Historisch Museum en fabelachtig gedecoreerde zalen herbergt; de Fontein van Neptunus (1615) en het Artushof met drie prachtige met beeldhouwwerk versierde ramen. Omdat de bourgeoisie en de rijke kooplui deze wijk uitkozen om zich te vestigen, tellen de Lange Straat en de Lange Markt een heleboel prachtige huizen met pastelkleurige puntgevels, die een uniek architecturaal geheel vormen. De meeste van die huizen werden na 1945 heropgebouwd, maar sommige ontsnapten aan de verwoestingen (de nrs. 69 en 70, bijvoorbeeld). Allemaal zijn ze een ommetje meer dan waard (let vooral op het Gulden Huis, op nr. 41 van de Lange Markt). Van een aantal van deze huizen kan je trouwens ook het interieur bezoeken (het Uphagenhuis, op nr. 12 van de Lange Straat, bijvoorbeeld). Verlaat de Koningsweg via de Groene Poort, tegenover de Lange Kaai langs de Motlawa, waar de schepen vroeger aanmeerden. De haven is intussen veranderd in een aangenaam wandelpad langs restaurants en boetieks. Een van de mooiste stadszichten van Gdansk…

Verschillende poorten geven uit op de kades en leiden naar andere bezienswaardigheden van de Principaalstad. Via de Broodpoort kom je eerst langs de Onze-Lieve-Vrouwkathedraal (1343-1502), de grootste kerk van Polen en het grootste stenen religieuze gebouw ter wereld, waar 25.000 mensen tegelijk binnen kunnen. Let hier op de unieke kunstwerken en vooral op het monumentale, 14 meter hoge astronomische uurwerk uit de 15de eeuw, dat uit drie delen bestaat. Het middelste deel komt elke middag om klokslag twaalf uur tot leven. Ook een belevenis: tussen mei en oktober kan je je aan de klim van de 405 treden naar de klokkentoren wagen. Adembenemend vergezicht gegarandeerd! Weer beneden gekomen wandel je verder de straat uit naar het Arsenaal (een fantastisch voorbeeld van Vlaamse Renaissancestijl). De Onze-Lieve-Vrouw-poort leidt dan weer naar het Archeologisch Museum en naar de Mariackastraat, die vaak het Montmartre van Gdansk wordt genoemd. Deze straat wordt beschouwd als een van de authentiekste van de oude stad en staat vol prachtige gevels met brede stoepen die eigenlijk al voor de bombardementen verdwenen waren: ze werden namelijk al in de 19de eeuw opgebroken om plaats te maken voor een tramspoor dat niet werd heraangelegd. Als je bij de kathedraal rechts afslaat, kom je bij de Koninklijke Kapel, de enige barokke kerk van Gdansk. Jammer genoeg is ze niet toegankelijk. Wandelend door al die straatjes zal je vast nog een heleboel andere bouwwerken ontdekken, zoals de Sint-Niklaaskerk, de enige kerk die de oorlog ongeschonden heeft overleefd en die achter haar bakstenen gevels een prachtig barok interieur verbergt.

Op de kade staat een grote houten ‘hijskraan’ uit de 15de eeuw, een van de symbolen van Gdansk. Deze vreemde constructie werd gebruikt om de schepen in te laden en herbergt tegenwoordig een deel van het Maritiem Museum, dat het vroegere leven in de haven evoceert. De rest van de museumcollectie (waaronder een mooie verzameling boten) bevindt zich in het aanpalende gebouw en op het Loden Eiland (aan de overkant, er is een bootverbinding ernaartoe) op drie volledig gerenoveerde zolders. Je kan er ook de SS Soldek bezoeken, die in de scheepswerven van de stad werd gebouwd en al bijna 30 jaar niet meer vaart… En over scheepswerven gesproken, als je door de Oude Stad (Stare Miasto) wandelt, kom je er vanzelf: je vertrekt bij de kade en loopt langs de Stalpoort of de Zwanentoren aan de rand van de Principaalstad. Dit is de wijk van de vis- en bloemenmarkten (dicht bij de Zwanentoren) en de Hala Targowa, een metalen overdekte markt uit de 19de eeuw (naast de Hyacinttoren, een hoog, achthoekig gebouw uit het einde van de 15de eeuw). Aan de andere kant van die winkelstraatjes ligt de Oude Stad, de bakermat van de stad, die pas in het begin van de 14de eeuw door de Teutonische ridders gefusioneerd werd met de stad ernaast. Het enige wat er nog overblijft van het kasteel van de buurstad, is een stukje muur. Dit gedeelte van Gdansk is niet zo schitterend gerestaureerd, maar toch ontdek je er interessante bouwwerken, zoals de St.-Brigittekerk en de St.-Katharinakerk, de oudste kerk van de stad, twee authentieke molens (de Kleine en de Grote, de laatste is nu een winkelcentrum!) en het oude Stadhuis uit de 16de eeuw, dat een prachtig voorbeeld is van Vlaams maniërisme. Tijdens het communistische regime waren er meer dan 20.000 mensen tewerkgesteld in de Lenin-scheepswerven.

Tegenwoordig zijn ze grotendeels geprivatiseerd en werkt er zeven keer minder personeel, maar het blijft een van de symbolen van Gdansk. Iedereen herinnert zich immers de bittere stakingen van 1970 en de opkomst van Solidarnosc. Drie gigantische ijzeren kruisen, versierd met bas-reliëfs, staan er om de slachtoffers te herdenken. In de gebouwen van de werf vind je ook een heel boeiende en ontroerende interactieve tentoonstelling over die periode (De Weg naar de Vrijheid). Ook niet te missen: de beroemde toegangspoort waar Lech Walesa en zijn stakers over klommen toen ze mee de geschiedenis van Polen schreven. Als je nog tijd over hebt, kan je ook de ‘Oude Wijk’ en het Zoldereiland bezoeken, of Sopot en Gdynia, twee buursteden die ook zijn opgenomen in de Trojmiasto-agglomeratie waar Gdansk deel van uitmaakt. Sopot is met haar prachtige strand, de houten pier (de langste van Europa), de winkelstraat vol restaurants en cafeetjes, het kuuroord en Openluchttheater ongetwijfeld de populairste badplaats aan de Baltische Zee. Aan de pier vertrekken veerboten naar het schiereiland Hel, een lange landstrook met stranden, vissersdorpjes en hotels voor elk budget. Een waar surfersparadijs! Nog een must, tenslotte, is het kasteel van Malbork, op zo’n zestig kilometer van Gdansk. Het staat op de Werelderfgoedlijst van de Unesco en zou de grootste middeleeuwse vesting van Europa zijn, en het grootste bakstenen gebouw op aarde. Het is nog niet volledig gerestaureerd, maar het blijft de indrukwekkendste getuige van de Teutonische ridders!


PRAKTISCHE INFO

Hoe kom je er?

Vanuit de luchthaven van Charlerloi: budgetvluchten van Wizzair met bestemming Katowice en Krakau en van Ryanair naar Gdansk en Wroclaw.

Documenten

Voor EU-onderdanen volstaat je identiteitskaart.

Money, money…

De nationale munt van Polen is de zloty (PLN) 1 € = 3 PLN en 1 PLN = 0,25 €. In alle Poolse steden vind je betaalautomaten die internationale kaarten aanvaarden. Bovendien zijn kredietkaarten er een heel gangbaar betaalmiddel.

Waar kan je logeren?

Wie zijn verblijf niet via een reisagentschap boekt, kan naar de site van de Dienst voor Toerisme van Polen surfen, die je doorverwijst naar de logeeradressenzoekmachine www.polen.travel.

Hoe verplaatst je je in Polen?

- In Warschau is het openbaar vervoer overal aanwezig en heel betrouwbaar (bussen, trams en een metrolijn van noord naar zuid). Tickets koop je in de verdeelpunten die je herkent aan hun groen-gele ‘Ruch’-logo. Mits een kleine toelage kan je je tickets ook kopen bij het opstappen. Heel handig zijn de dagtickets.

- Taxi’s: aan taxi’s geen gebrek in Warschau, maar de tarieven verschillen sterk. Dring er steeds op aan dat de teller wordt opgezet en check voor je instapt op het raam van de taxi hoeveel er per kilometer wordt aangerekend…

- In Gdansk verbindt de SKM (de tegenhanger van onze Lijn) de verschillende delen van de stad (van Sopot naar Gdynia… en terug), een heel makkelijke manier om de hele stad te verkennen. En in Gdansk kan je je zelfs met een kajak verplaatsen. Die huur je in het centrum van de stad en vervolgens peddel je rustig de rivier en kanalen af om de stad eens ‘op een andere manier’ te ontdekken…

- Verbinding Sopot-schiereiland Hel: om 11u, 15u en 19u naar Hel. 9u, 13u en 17u naar de pier van Sopot.

- Voor meer info Poolse Dienst voor Toerisme Renaissancelaan 20 bus 25 1000 Brussel Tel: 02/740.06.20 E-mail: Dit e-mailadres is beschermd tegen spambots. U heeft Javascript nodig om het te kunnen zien. Website: www.polen.travel

Laatst aangepast op zondag, 04 april 2010 21:48