Naam:
Email:
Artikels


INDONESIË: Bali
PDF Afdrukken E-mailadres

Bali begrijpen

Gedurende lange tijd was Bali begrijpen, tot de cultuur doordringen en de charmes, glimlach en talenten van de bevolking naar waarde schatten, een zaak van een beperkt groepje ingewijden. Spies en Covarrubias, min of meer etnologische kunstenaars, behoorden tot dat kliekje. We schrijven de jaren 1930. Het westen werd zwaar getroffen door de toenmalige crisis en het Balinese toerisme stond nog in zijn kinderschoenen. Inmiddels heeft het eiland de dekolonisering overleefd, zijn de hippiejaren voorgoed voorbij, ontwikkelde Nusa Dua zich en werden her en der luxehotels opgetrokken. Is Bali zijn ziel verloren? Heeft het zijn geest verkocht en zijn tradities verloochend met de opkomst van de culturele excursies van het almachtige commerciële toerisme? Het antwoord op deze vraag deed al heel wat inkt vloeien en moet genuanceerd worden. Een eenvoudige bevestiging volstaat niet. De Balinezen hebben altijd al blijk gegeven van een groot aanpassingsvermogen en de invloed van het toerisme is niet over de hele lijn zo nefast als sommigen beweren. Toegegeven, in de straten en op de stranden van Kuta krioelt het van de jonge verkopers en bedelaars. En ja, nogal wat vissers hebben zich omgevormd tot gids voor toeristen. Neen, we ontkennen niet er veel oudjes langs de kant van de weg staan die zich voor enkele roepies laten lenen voor het inblikken van een 'authentieke’ foto. Het zijn stuk voor stuk onvermijdelijke gevolgen van het massatoerisme. De bevolking maakt gretig van de gelegenheid gebruik om makkelijk geld te verdienen op de kap van liefhebbers van zogezegd exotische foto’s en dito souvenirs. Maar probeer bij een bezoek aan Bali de eeuwige clichés te overstijgen, want in tegenstelling tot heel wat andere toeristische eilanden, heeft Bali ook (en vooral) voordeel kunnen halen uit de aanwezigheid van het toerisme. Op Bali werden de rites en tradities niet vervalst tot een bezienswaardigheid voor buitenlanders. Integendeel zelfs, dankzij het toerisme konden de cultuur, de rituelen en de kunst overleven en opnieuw in al hun pracht floreren. Dit streven naar authenticiteit zegt veel over de Balinese identiteit. We zien hen bidden en dansen, observeren hoe ze hun dagelijkse offers brengen, wonen hun (heel) talrijke ceremonies bij en voelen hoe anders we zijn. Een bevreemdende ervaring...

De Balinezen zijn spiritueler dan wij, westerlingen. Ze beschouwen hun eiland als een geschenk van de goden waar ze enkel over mogen waken. Dat is ook de reden waarom ze zo flexibel zijn ten aanzien van de verplichtingen die het gemeenschapsleven en de sociale structuren, die in harmonie zijn met de kosmos en hun religieuze overtuiging, met zich meebrengen. De schoonheid van Bali is dus niet louter een kwestie van landschappen, maar ook van spiritualiteit en menselijk contact. Als je geboeid bent door dit eiland, aarzel dan niet om het de bevolking te vertellen. Het zal hen plezieren, want ze houden oprecht van hun eiland, voelen er zich - ondanks het kastesysteem - gelukkig en willen het voor geen geld verlaten. Zou dat de reden zijn waarom ze zo hartelijk lachen en zo gastvrij zijn?

Armoede, maar geen miserie

Bali telt ongeveer drie miljoen inwoners, waarvan het merendeel hindoe is. Daarmee is het een van de dichtst bevolkte delen van Indonesië, dat, ondanks de jaarlijkse groei van zijn economie, nog steeds tot de derde wereld behoort. De economie van Bali is vooral gebaseerd op het toerisme en de landbouw. Met zijn drie oogsten per jaar vult de vruchtbare grond van het zuiden moeiteloos te rijstschuren van het land. De gronden worden nog op een ambachtelijke manier en volgens de traditionele en godsdienstige rites bewerkt. Men teelt er, zij het in mindere mate, tevens koffie, tabak en kruidnagel. Van die kruidnagel maakt men een soort tijgerbalsem en hij wordt verwerkt in de kreteks, de nationale sigaretten waarvan je de pittige geur op alle straathoeken opsnuift. Verder speelt de zoutproductie langs de kust een bijrolletje in de Balinese economie. Maar het toerisme zorgt zonder enige twijfel voor de hoofdmoot van de inkomsten en stelt heel wat mensen tewerk. Jaarlijks bezoeken zo’n miljoen buitenlanders het eiland. Hun aanwezigheid stimuleerde tevens de ontwikkeling van de plaatselijke kunst en textielproductie. Ondanks deze evolutie blijft Bali een ontwikkelingsland: het toersime is heel seizoensgebonden en slechts een deel van de bevolking plukt er de financiële vruchten van. Er heerst zowel sociale als geografische ongelijkheid en de Balinese lonen behoren tot de laagste ter wereld. Ook al heerst er geen hongersnood en is het analfabetisme bij de jeugd bijna volledig verdwenen, toch is armoede schering en inslag bij de meeste eilandbewoners. Maar ook op dit vlak beschikt Bali over een opmerkelijk karaktertrekje: armoede is hier geen synoniem voor miserie.

Veel kindjes dragen weliswaar versleten kleding, maar ze zijn zelden of nooit vuil en kijken je niet triest of smekend aan. Hun glimlach ontneemt je elke vorm van medelijden en overtuigt je van hun levensvreugde. Het leven van een doorsnee Balinees is immers getekend door zijn cultuur en verloopt op het ritme van de feesten en heilige rites waaruit hij fierheid, meegaandheid en levenswijsheid put. En dit alles zonder fanatisme of geweld. Een jaar telt er maar 210 dagen en bijna evenveel feestdagen. Die religieuze hoogdagen hebben hun mystiek bewaard en zijn allesbehalve duister of onheilspellend. Ze vormen de ideale gelegenheid om te dansen op de muziek van een gamelan, een typisch orkestje van cymbalen, gongs, fluiten en xylofonen. Je ontdekt er dus een gastvrij volk dat veel meer te koop loopt met zijn goed humeur dan met zijn armoede. Uitzondering op deze regel zijn de jongeren die in de grote toeristische centra wonen. Zij spiegelen zich aan de westerse mode, eten hamburgers en drinken cola. Op Bali tref je, ondanks de subtiele en marginale aanwezigheid van prostitutie, geen sekstoerisme aan. De Balinezen beweren dat de prostituees niet tot hun volk behoren, maar afkomstig zijn van Java. Het 'lichtzinnige’ beroep valt immers moeilijk te rijmen met een cultuur waarin het heilige zo’n grote rol speelt, waar elk gezin over een eigen altaar beschikt en men nimmer de kleine, dagelijkse offers vergeet te brengen. Trouwens, zoals onze gids zei: "We luisteren liever naar het groeien van de rijst”. Filosofisch, niet?



Laatst aangepast op maandag, 05 april 2010 17:00