Afdrukken
Tweet

GROOT-BRITTANNIË: Sussex

In het spoor van schrijvers en kunstenaars

Groene bosjes, glooiende heuvels, een straal zon die alles in een romantische waas doet baden... Het is moeilijk om je niet te laten inpakken door de charmes van het Engelse platteland. Sussex is geen uitzondering op de regel. Met zijn prachtige landschappen wist de streek dan ook nogal wat kunstenaars aan te trekken. Zij vonden hier kalmte en rust, een ideale voedingsbodem voor hun creativiteit. Hun huizen liggen er nog altijd, verscholen in het groen, in perfecte harmonie met de tuinen eromheen – iets waar Engelsen altijd al een patent op hadden. De woningen, stille getuigen van de geschiedenis, staan vandaag open voor het publiek. Mogelijkheden te over dus voor een boeiende trip door deze streek. En wat vormt er een betere uitvalsbasis dan de charmante kuststadjes Hastings en Rye?

HASTINGS

Wie de naam van dit kleine kustdorpje hoort, denkt onmiddellijk aan 1066, toen de beroemde veldslag de geschiedenis van Engeland voor altijd zou bepalen. Eigenlijk gebeurde de ‘battle’ niet hier, maar een tiental kilometer dieper het land in, in Battle. Daar versloeg de Normandiër Willem-de-Verovaar koning Harold en zijn leger. Op dat moment was Hastings al een drukke vissershaven. Willem liet er een versterkt kasteel van hout bouwen op een heuvel met zicht op zee, later vervangen door een stenen vesting. Vandaag rijst de ruïne nog altijd boven de stad uit. Aan de voet van de heuvel ligt The Stade, een vissersstrand omringd door vreemde zwarte, houten torens. Het zijn Net Shops, hoge 19de-eeuwse schuren die de visnetten moesten beschermen tegen weer en wind. Ze nemen de smalle strandlijn in die ontstond na de aanleg van de eerste golfbreker. Omdat er op zo’n beperkte ruimte enorm veel boten een plaatsje moesten vinden, werd er in de hoogte gebouwd, wat meteen de vorm van de Net Shops verklaart. Vandaag worden de vissersboten nog altijd op het keienstrand ingehaald. Het (moderne) vissersmateriaal opslaan in de Net Shops is weliswaar niet meer nodig. De constructies worden nu gebruikt als sorteerruimte, als winkel of als museum. Achter The Stade, tussen de twee heuvels West Hill en East Hill, wachten de pittoreske straatjes van de oude stad. Een trap en een lift voeren naar de top van East Hill, van waar u een prachtig uitzicht hebt over The Stade, de stad en de kust. In het Westen ziet u de vertrouwde Hastings Pier boven de zee uitsteken. De pier, ingehuldigd in 1872, werd gebouwd door Eugenius Birch, die ook de pier van Brighton ontwierp. Hij is 275 meter lang en tussen de 13 en 57 meter breed. Kroon op het werk was het elegante paviljoen in Oriëntaalse stijl dat over de zee uitkeek, helaas vernield door een brand en vervangen door een minder geslaagd exemplaar. In de twintigste eeuw trok men ook nog eens allerlei gebouwtjes op voor de toeristische attracties... Op dit eigenste moment dreigt de hele constructie dan ook in te storten. Maar om de dragers te stutten is een fikse som nodig (meer dan 1,5 miljoen euro). In afwachting daarvan is de toegang tot de pier gesloten voor het publiek…


DE BLOOMSBURY-GROEP IN SUSSEX: HET EXTRAVAGANTE CHARLESTON FARMHOUSE in FIRLE

Vanessa Bell, de zus van Virginia Woolf, koos deze vredige, landelijke oase uit als thuishaven. Ze bracht meteen ook haar minnaar mee, Duncan Grant, en hun vriend, de schrijver David Garnett. Alle drie maakten ze deel uit van de Bloomsbury-groep, een groepering van schrijvers, denkers en kunstenaars die elkaar begin 20e eeuw ontmoetten in de gelijknamige Londense wijk. Homoseksueel getinte driehoeksrelaties waren bij de Bloomsbury-groep de normaalste zaak van de wereld. Eigenlijk werd het Charleston-huis ontdekt door Virginia Woolf, die ervan overtuigd was dat haar zus dit huis kon omtoveren tot een ‘goddelijke plek’. Ze had gelijk. Toen het drietal in 1916 in de laatzeventiende-eeuwse hoeve introk, was er gas, noch elektriciteit, stromend water of telefoon. Maar de kersverse inwoners waren allemaal weg van deze plek. Clive Bell, de echtgenoot van Vanessa, kwam in Charleston wonen in 1939. Tegen die tijd had David Garnett Charleston verlaten om zijn eigen leven te leiden. Meer dan twintig jaar later zou hij opnieuw opduiken, om te trouwen met Angelica, de dochter van Vanessa en 26 jaar jonger dan hij. Ze bleven allemaal tot aan hun dood op Charleston wonen en lieten een bijzonder geraffineerd huis na. Hier spreekt allerminst de strengheid en stijfheid uit van het Victoriaanse tijdperk. Wel is er kunst te zien met een overdaad aan vloeiende vormen en heldere kleuren, die getuigen van de creativiteit en het artistieke talent van de vroegere bewoners. Het huis biedt niet alleen onderdak aan een ruime collectie werken van de inwonende kunstenaars (en die van hun tijdgenoten). Het interieur zelf is volledig door hen onder handen genomen. Muurschilderingen, meubels, vaatwerk, meubelstoffen, lampen…: het zijn allemaal unieke creaties van Vanessa of Grant…

ST MICHAEL & ALL ANGELS in BERWICK

Op enkele kilometers van Charleston is een ander indrukwekkend werkstuk te zien van de hand van Duncan Grant, Vanessa Bell en hun zoon Quentin: het kleine gotische kerkje van Berwick. Geïnspireerd door hun reizen naar Italië en de renaissancefresco’s die ze daar zagen, maar tegelijk trouw blijvend aan hun post-impressionistische stijl, decoreerden ze de binnenmuren van het gebouw. Voor de meeste werken die ze tijdens de Tweede Wereldoorlog maakten, lieten ze zich trouwens inspireren door de mensen en het landschap rondom hen…

HET HUIS VAN VIRGINIA WOOLF: MONK’S HOUSE in RODMELL LEWES

Tijdens een openbare verkoop in 1919 kochten Virginia Woolf en haar man Leonard, beiden ook lid van de Bloomsbury-groep, een bescheiden en typisch optrekje in Sussex. Dankzij het literaire succes van Virginia konden ze het huis al snel uitbreiden en het comfort verbeteren. Monk's House is minder extravagant dan Charleston, maar ook hier richtte het koppel de woning in met schilderijen, aardewerk, tegels en textiel dat zus Vanessa en Duncan Grant voor hen maakten. Leonard hield van bloemen en planten: hij wilde er in elke kamer van zijn huis, en liet aan de achterkant een veranda bouwen. Ook de prachtige tuin met moestuin en boomgaard zijn aan hem te danken. Achteraan op het domein vindt u nog altijd The Lodge, het bureau van Virginia. Je kan je geen betere plek dromen om te schrijven: hier heerst complete rust, met een prachtig uitzicht op de tuin! Woolf schreef er de meeste van haar romans, zoals 'Mrs Dalloway', die bekend stonden om hun intellectualisme. Nochtans was Woolf's leven verre van sereen. Haar leven lang was ze depressief en vocht ze tegen zelfmoordneigingen. In 1941 maakte ze uiteindelijk een einde aan haar leven: ze verdronk zich in de rivier de Ouse. Haar man bleef in Monk's House tot zijn dood in 1969. Hun bustes staan in een hoek van de tuin, waar ook hun as is uitgestrooid.


DE STATIGE WONING VAN RUDYARD KIPLING: BATEMAN’S in BURWASH

‘Van zodra we de woning zagen, vielen we voor de charmes ervan. Dit is echt een huis om voor eens en altijd te blijven,’ zo schreef Kipling toen hij dit grote huis kocht. Samen met zijn familie zou hij er van 1902 tot 1936 wonen. Het huis, opgetrokken in lokale grijze steen, werd gebouwd in 1634 aan de rand van het dorp, en heeft een prachtige tuin. Eigenlijk heeft het meer weg van een klein kasteel dan van een plattelandshuisje. Kipling was toen al een succesauteur, maar dat had ook zo zijn nadelen: zijn vorige woonplaats in de buurt van Brighton trok massa’s nieuwsgierigen aan. De dood van zijn zesjarige dochtertje deed hem nog sneller beslissen zich terug te trekken: Bateman’s bleek het ideale toevluchtsoord te zijn. Bij het domein, dat langs de Dudwell-rivier ligt, hoort ook een oude graanmolen. Die werd gebouwd in 1750 en werd opnieuw in gebruik genomen tussen 1968 en 1975. Toen Kipling er woonde, voorzag de molen het domein van elektriciteit. De schrijver ontwierp zelf de waterpartij in de tuin, verfraaid met romantische rozenstruiken. Aan de andere kant van het huis ligt de boomgaard met verschillende soorten Engelse fruitbomen en een prieeltje met perenbomen. In de ‘kruidentuin’ tieren de medicinale en aromatische planten welig. De Roll’s Royce van Kipling, uit 1928, staat nog altijd in de garage. De schrijver was een van de eerste automobilisten en hield een minutieus dagboek bij van zijn rondritten in binnen- en buitenland. ‘Een dag met de auto door het Engelse landschap is als een dag in een sprookjesmuseum waar alles echt is’, schreef hij ooit… Het hoogtepunt van een bezoek aan dit domein is natuurlijk het interieur, dat onveranderd bleef sinds de Kiplings het verlieten. Van bij het binnenkomen word je als bezoeker getroffen door de sombere houten panelen aan de muren en de plafonds met steunbalken, die prachtig bewaard zijn gebleven. De eetkamer is behangen met Engels ‘Cordoba’-leer uit de 18e eeuw. De panelen van geitenleer zijn bedekt met een laagje zilver en afgewerkt met gele vernis dat eruit ziet als goud. Daarin werden motieven, geïnspireerd op Chinese tapijten, gegraveerd of gedrukt en vervolgens beschilderd met olieverf. Kipling had zijn bureau op de eerste verdieping, vanwaar hij een prachtig uitzicht had op de tuin. De kamer ziet eruit alsof hij er pas is buitengewandeld: de gadgets op zijn werktafel liggen er nog. Het enige ‘vreemde’ object is de schrijfmachine van zijn secretaris. Kipling zelf schreef immers enkel met de hand. Verschillende objecten getuigen ook van zijn verleden in de Britse kolonies en zijn reizen over heel de wereld.

GREAT DIXTER HOUSE EN ZIJN BETOVERENDE TUINEN in NORTHIAM

Great Dixter was de familiewoning van Christopher Lloyd, één van de beroemdste Britse landschapsarchitecten. Hij overleed in januari 2006 op 84-jarige leeftijd. Zijn hele leven was gewijd aan deze fabelachtige en experimentele tuin, die meegroeit op het ritme van de seizoenen. De tuin vormt een prachtig decor voor de middeleeuwse gebouwen op het domein. Christopher Lloyd is ook bekend voor zijn boeken en zijn artikels over tuinieren. Die staan bol van de raadgevingen voor tuinliefhebbers, die hij altijd op een heldere en humoristische manier weet te formuleren. Hoewel het landhuis van Dixter al in 1220 opduikt in de archieven, dateert het oudste deel (de Grote Zaal in het midden van het gebouw) waarschijnlijk uit 1450. Het is meteen ook de grootste middeleeuwse zaal in heel Groot-Brittannië. Het domein werd in 1910 opgekocht door Nathaniel Lloyd en zijn vrouw Daisy, lid van een welgestelde familie uit Manchester. Ze zetten er de jonge architect Edwin Lutyens aan het werk. Die raadde hen aan om de ruïnes van een 16de-eeuws gebouw vijftien kilometer verder op te kopen en te integreren in het bestaande huis. Zo geschiedde: het gebouw werd zorgvuldig ontmanteld en opnieuw herbouwd. Tijdens de Eerste Wereldoorlog deed het huis dienst als hospitaal en in 1940 ving men in de grote zaal kinderen op die slachtoffer waren geworden van de oorlog. Na het overlijden van Mevrouw Lloyd in 1972, die 40 jaar lang alleen achterbleef na de dood van haar man, zou het domein verdeeld worden. Gelukkig zorgde een van de zonen, Christopher, ervoor dat het huis en de tuinen één geheel bleven. De Grote Zaal is indrukwekkend, en de belangrijkste elementen van dit middeleeuwse gebouw zijn quasi intact gebleven. De tuinen zijn één grote compositie van wilde bloemen, grasperken, bloemperken met contrasterende kleuren, een vijver, boomgaarden en een hoekje met exotische geuren. Sinds het overlijden van Lloyd zetten eerste tuinier Fergus Garrett en zijn ploeg het werk verder. Jaar na jaar blijven ze experimenteren en de tuin verder ontwikkelen. Je kan het park dan ook gerust meer dan een keer bezoeken. Mensen met groene vingers kunnen hier terecht voor planten en zaden of goede raad. U kan ook de catalogus meenemen voor de postorderverkoop…


RYE, EEN SPROOKJESSTAD

In de middeleeuwen was Rye bijna volledig omgeven door water. Tot de zee zich drie kilometer terugtrok en het kleine stadje alleen achterliet op de heuvel langs de Rother-rivier. Wie hier aankomt, valt ogenblikkelijk voor de charmes van de steile geplaveide steegjes, de vakwerkhuisjes met witte gevels, de middeleeuwse vestingen en de fijne pubs. Het ‘Rye Heritage Center’ schetst de 700 jaar oude geschiedenis van de stad, met een audiovisueel spektakel rond een maquette die het Rye van de 19e eeuw voorstelt. De presentatie is wat ouderwets, maar ze vormt wel een goede inleiding op een stadsbezoek. Mermaid Street is de meest pittoreske en steile straat, met aan weerszijden prachtige oude huisjes die soms de vreemdste namen hebben: ‘Het huis aan de Overkant’ of ‘Het huis met twee ingangen’. Mermaid Inn was ooit een schuilplaats voor smokkelaars, maar vandaag is het een allercharmantst hotel. De oude kerk St. Mary The Virgin torent boven alles uit. De kerk is omgeven door een sfeervol kerkhof met oude, met mos begroeide stenen grafzerken die rusten in de schaduw van eeuwenoude bomen. De kerktoren deed lang dienst als wachtpost: het loont dan ook de moeite hier even naar boven te klimmen voor een panorama over de stad, de haven en het omringende platteland. St. Anthony’s House, het mooie, grote huis met vakwerk op de hoek van het kerkhof, dateert uit de 15e eeuw. Op de hoek ertegenover staat een massieve, ronde toren die in 1735 werd gebouwd om de watervoorziening in dit deel van de stad te optimaliseren. Dat Rye zo goed bewaard is, hebben we te danken aan een eeuwenoud incident. In 1606 kocht een zekere John Cheston hier een huis. Toen hij de dakpannen begon weg te nemen, kreeg hij het protest van de buren over zich heen. Sindsdien werd een decreet opgesteld dat verbiedt om aan de typische huizen te raken: elke aanpassing die het uitzicht van de straat verandert, is nu uit den boze. Een beetje lager in de stad ligt Ypres Tower, waar zich het museum van het kasteel van Rye bevindt. Een bezoek aan het kasteel zelf is niet meteen de moeite waard. Hetzelfde geldt voor het massieve Land Gate (1329), een van de weinige vestingen van de versterkte stad die de tand des tijds én alle aanvallers hebben overleefd.

LAMB HOUSE, HET HUIS VAN HENRY JAMES

We eindigen het bezoek aan Rye bij een andere schrijverswoning in West Street. Henry James kwam hier in 1898 wonen en stierf er in 1916. In tegenstelling tot de andere schrijvers in de buurt, koos deze Amerikaan voor een huis in de stad. Van de straat af gezien zou je het niet verwachten, maar de woning met een eerder sobere voorgevel heeft een gigantische tuin. Hier kwamen veel schrijvers over de vloer, onder meer Rudyard Kipling, H.G. Wells en Joseph Conrad.


PRAKTISCH

Hoe geraakt u er?

Sussex is vlot bereikbaar vanaf Dover. Overtocht Calais-Dover met de ferry’s van Seafrance of P&O, of via de Shuttle (Van Calais tot Folkestone). Om de beschreven route te volgen, beschikt u best over een auto. Waar verblijven?

• Hastings

The White Rock Hotel: met zicht op zee en op de pier. Dubbele kamer v.a. £ 45 (€ 70). Zeer comfortabele kamers die pas gerenoveerd zijn. www.thewhiterockhotel.co.uk

• Rye

The Mermaid Inn: charmant pension uit 1420 in de meest pittoreske straat van Rye. Dubbele kamer v.a. £80 (€ 120). www.mermaidinn.com Jeake’s House, schitterend gastenhuis in een oude Quakers-kapel. Dubbele kamer v.a. 48£ (€ 71); suite v.a. 53£ (€ 78). Tel: 0044-(0)1797 222828. E-mail: Dit e-mailadres is beschermd tegen spambots. U heeft Javascript nodig om het te kunnen zien. Web: www.jeakeshouse.com

Wat is er te zien?

• Charleston Farmhouse, in Firle Te bereiken via de A27. Halverwege tussen Brighton en Eastbourne, neemt u de splitsing richting Charleston. Het Farmhouse ligt tussen Selmeston en Firle. www.charleston.org.uk

• Monk’s House, in Rodmell Lewes Te bereiken via de A27, in Rodmell Lewes en Monk’s House volgen. www.nationaltrust.org.uk

• Great Dixter House & Gardens, Northiam Het domein ligt op 1 km ten noorden van Northiam, vanaf de A28. www.greatdixter.co.uk

• Bateman’s, in Burwash Het huis ligt op 1 km ten zuiden van Burwash (A265). www.nationaltrust.org.uk Meer inlichtingen www.visitbritain.com www.visithastings.com www.visitrye.co.uk  

Laatst aangepast op donderdag, 01 april 2010 14:55